305 vijand ons verder terugdringt, wordt ons verzet al taaier en taaier, steeds langer zullen wij in front stand trachten te hou den en steeds belangrijker zal 't aandeel van onze artillerie wor den in den strijd. Onze bereden artillerie zal het voetje voor voetje teruggaande veldleger herhaaldelijk in dien terugtocht moeten steunen, zij zal de in de stellingen, waarin ons veldleger zal stand houden, op te stellen positie-artillerie moeten aanvullen, waar dit noodig blijkt en aldus in de hand van den bevelhebber eene mobiele artilleriemacht vormen, die hij daarheen zendt, waar hij hare aanwezigheid noodig oordeelt. De veld- en bergbatterijen zullen nu zeer zelden naast elkaar optreden, de strijd is langzamerhand naar geaccidenteerd terrein verplaatst en de bergbatterijen zul len daar worden gebruikt, waar de veldartillerie zich niet be wegen kan, dus niet naastmaar in plaats van de veld batterijen optreden. Nu zou ongetwijfeld de snelvuurbergartillerie in het voordeel zijn boven de artillerie tegen den inlandschen vijand, wanneer er voor deze laatste niet eene tweede zeer gewichtige, misschien wel veel belangrijker taak was weggelegd. Deze taaie tegenstand in froDt zal namelijk gepaard gaan met een omzwermen der vijandelijke vleugels door verschillende afdee- lingen sterkere en zwakkere die, den guerilla-oorlog voerende, de vijandelijke operatielijnen bedreigen en den vijand op ieder zwak of tijdelijk ontbloot punt eenen gevoeligen slag trachten toe te brengen. Deze afdeelingen zullen plotseling en krachtig moeten optreden en het zou voor hen dus van zeer veel waarde zijn, als zij konden beschikken over eenige, zij het dan ook eene enkele sectie, artillerie met behoorlijke beweegbaarheid en goede mate- rieele uitwerking. "Voor deze taak nu achten wij de voorgestelde artillerie tegen den inlandschen vijand zeer geschikt, veel beter dan de zooveel minder beweeglijke bergartillerie, veel beter ook dan de zooge naamde pompoms, die zoo dikwijls voor een dergelijk doel wor den gebezigd. Wel mist onze artillerie het vermogen van zeer snel te kunnen vuren, een vermogen, dat haar zonder twijfel bij het vervullen van deze taak soms van zeer veel nut zou kunnen zijn, maar zij is daarentegen voldoende beweeglijk en heeft behoorlijke materieele uitwerking, terwijl de moderne berg-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 327