15 Het Engelsche reglement zegt dan ook: „The rider must not have a dead pull on the horse's mouth, but should ease the reins and feel them again", terwijl het Zwitsersche voorschrift het principe uit: „Eine Hauptaufgabe jeder Reitdressur liegt darin, durch Verfeinerung der Hülfen das Pferd für dieselben immer empflndlicher zu machen". En zeker wordt dit gemakkelijk bereikt door den recruut teleeren, kleineherhaalde hulpen te geven. 30, 31, 32 en 33 behandelen de werking der beenen. Na de teugelhulpen worden dus de beenhulpen behandeld. Ten zeerste is het evenwel te verwonderen, dat we hierna geen hoofdstuk aantreffen, over de gewichtshulpen Juist de gewichtshulpen gevende ruiter heeft weinig of geen teugelhulpen noodig en houdt dus den mond van zijn paard veel frisscher en gevoeliger dan de ruiter, die voor elk wen- dinkje zijn teugels noodig heeft. Behalve dit hebben de gewichtshulpen het voordeel, dat de band tusschen paard en ruiter inniger wordt en paard en ruiter meer één wordenEvenals toch de schaatsenrijder zijne wendin gen volbrengt op een instinktmatige wijze, door zijn gewicht meer op één der beenen over te brengen, zoo zien wij ook in de rij kunst, dat die paarden het beste gaan, wier ruiters zich van gewichtshulpen bedienen En dat de gewichtshulp den samenstellers van het reglement door het hoofd heeft gespeeld, zonder dat zij de hooge waarde van deze hulp aan het licht gesteld hebben, blijkt wel ten dui delijkste uit 87. Deze 87 behandelt de wendingen met eenen rechts en links en geeft aan, dat de ruiters op het betreffende C° allen gelijk tijdig hunne paarden doen wenden en daarna met bewaring van richting en tusschenruimte naar den kant, waarheen gewend is, rechtuit marcheeren enz. Wanneer dus de ruiters zich op de rechter hand bevinden, en zij maken met eenen rechts, is de richting naar rechts dus op den ruiter die aan den staart der colonne zat. En daar het richten op iemand die achteraan zat een gruwzaam iets is voor den cavalerist, wien steeds de Schwung „voorwaarts" wordt ingeprent, moet hiervoor wel een gewichtige reden zijn.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 33