421 Enkele malen echterdoch uiterst zeldenis aan een me dewerker wel eens verzocht om bepaald onnoodige kaarten weg te laten of wel te vereenvoudigen. Aan den anderen kant werd wel •eens de toevoeging van teekeningen verzocht. Ook is wel eens een artikel afgewezen op grond van de daarbij gevoegde teekeningen enz., doch men bedenke hierbij, dat, om de gevoeligheid van sommigen te sparen, de redactie zich wel eens gedwongen ziet een afwijzend oordeel op de een of andere wijze een weinig te verzachten. Te veel kaarten, te technisch, niet ac tueel genoeg, reeds veel stof over hetzelfde onderwerp enz., zijn dan dikwijls pleisters om de geslagen wond spoedig te doen genezen. Bij het artikel van den heer de Klerck werd geen kaart gevoegd en de redactie zag de noodzakelijkheid daarvan minder in, omdat in de dagen, toen dat artikel verscheen, nagenoeg in ieder huis gezin een oorlogskaart van Zuid-Afrika aanwezig was. ad 4. De heer Buijs verliest, naar het ons voorkomt, te veel uit het oog, dat het Ind. Mil. Tijdschrift een maandelijksch periodiek en geen weekblad is en dat dus met den besten wil van de we reld nooit voorkomen zal kunnen worden, dat hij en andere le zers van het Ind. Mil. Tijdschrift expeditie-verslagen eerder in de dagbladen lezen dan in het tijdschrift. Dit is dan ook de hoofd reden, waarom de redactie tegenwoordig van hare zijde niet meer het initiatief neemt om zich dergelijke verslagen te verzekeren. Het Ind. Mil. Tijdschrift verschijnt in den regel in de eerste da gen van de maand, terwijl de copie voor de hoofdartikelen even zoo als regel tusschen den lsten enden 20sten van de vorige maand geleidelijk naar de drukkerij wordt gezonden. De jongste berich ten, die men in het tijdschrift krijgen kan, zijn dus reeds tien dagen te Batavia bekend en hebben dus reeds in alle dagbladen gestaan. Wij zeggen tegenwoordigomdat in 1898 en '99 de re dactie er voor gezorgd heeft, dat de Pedir-, Edi- en Peussangan- expeditie in het tijdschrift verschenen, waarbij zij den lezers de noodige kaarten niet onthouden heeft en waarbij zij, om zoo ac tueel mogelijk te zijn, een tijdlang tusschentijdsche, veertiendaag- sche afleveringen deed verschijnen. Toch werd het doel niet be reikt; men had de berichten eerder en bijna gelijkluidend in de dagbladen gelezen. En kon het ook anders? De medewerker,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 449