436 onder één chef, die de verschillende troepencommandanten onder zijne directe bevelen heeft. De brigade-commandant (kolonel), een betrekking vervullende, waartoe officieren van alle wapens moeten kunnen worden be noemd, mits zij in depractijk blijken hebben gegeven de karakter eigenschappen van den aanvoerder ten volle te bezitten en door een veeljarigen botendienst de noodige oefening en opleiding ver kregen te hebben, drage dan de volle verantwooordelijkheid voor de vorming zijner brigade. Zooveel mogelijk van alle adminis tratieve bemoeienissen ontheven, heeft hij de ruimste gelegenheid zich zeiven en zijn onderhebbenden dagelijks practisch en theore tisch te oefenen. Door den innigen samenhang der wa.pens wordt dan eene ruime gelegenheid in het leven geroepen om de officieren over en weer te detacheeren, zoodat een ieder ten volle vertrouwd kan gera ken met het gebruik van alle wapens en men voor de aanstaande troepenaanvoerders een ruime keuze bezit. Voor de technische oefening der verschillende wapens zijn dan de escadrons en divisiecommandanten de aangewezen adviseurs van den brigadecommh Voert een van de artillerie, cavalerie of genietroepen afkomstige kolonel het bevel over een brigade, dan zoude de infanterie onder een afzonderlijken chef—in de brigade- moeten worden vereenigd. Voor den staf van den brigade-commandant zoude ik een kapi tein van den Generalen staf en een luitenant-adjudant wenschen, terwijl die commandant steeds de beschikking over een intendan ce officier moet bezitten. Hoewel er niet veel sta/dienst bij de brigade zal zijn te ver; richten, acht ik de toevoeging van een kapitein van den Genera len staf wenschelijk, niet alleen voor oefening van dien kapitein zeiven die door deze indeeling steeds in contact met den troep blijft doch ook om den troepencommandanten de gelegenheid te schenken zich het gebruik van een stafofficier eigen te maken. Bovendien krijgt men daardoor voor den buitendient van den Generalen staf de beschikking over een viertal kapiteins, zoodat b. v. de verkenningen in thans nog onbekende streken van onzen archipel behoorlijk tot hun recht kunnen komen. In verband met de bovenstaande denkbeelden zoude de brigade-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 464