437 indeeling en dislocatie van ons leger op Java volgenderwijs kun nen plaats hebben: 1) le. Brigade: Staf te Weltevreden. Infanterie: het 10e en 20e bataljon te Weltevreden, het lle en 18e bataljon te Mr. Cornelis. [Mits geene bezwaren bestaan om het le depotbataljon te Buitenzorg te legeren]. Cavalerie: het 3e veldescadron. I TIT Artillerie: de le divisie veldartillerie.) 6 e evie eft s' Brigade: Staf te Tjimahi. Infanteriehet 4e, 7®, 9e en 15e bataljon aldaar reeds gelegerd of te legeren. [Mits men geen bezwaar heeft tegen eene verdee ling van het 2® depotbataljon over Solo en Djocdja, zooals C. in het Augustus- nummer van dit tijdschrift voorstelt]. Cavalerie: het 2® veldescadron. i Artillerie: de 2® divisie veldartillerie.) 6 ^ima L 3'. Brigade: Staf te Magelang. Infanterie: het 1®, 2®, 6® en 8e bataljon te Magelang. Cavalerie: het 4® veldescadron [tijdelijk te Atjeh gelegerd en zoolang te Magelang te vervangen door het R. H. le veldescadron]. Artillerie: de le divisie bergartillerie [1® en 2® bergbatterij] te Magelang. 4'. Brigade: Staf te Soerabaja. Infanterie: het 13® en het reservebataljon te Soerabaja, het 19e bataljon te Malang. Cavalerie: het 1® veldescadron [gedurende het verblijf te Atjeh van het 4e veldescadron tijdelijk hetL. H. 1® escadron]te Soerabaja. Artillerie: de 2e divisie bergartillerie [waarvan de 4e bergbatterij tijdelijk in Atjeh] te Soerabaja. Op deze wijze is, dunkt mij met zoo groot mogelijk gebruik van de bestaande kazernes de troepenmacht zooveel mogelijk geconcentreerd. Bijbouwingen van belangrijken omvang zijn slechts noodig te Tjimahi en Soerabaja. Voor deze laatste plaats zoude ik, èn om redenen van gezondheid, èn om redenen van troepenoefening de bestaande kazernes ongebruikt wènschen te laten, terwijl voor 1) Deze dislocatie wijkt in geringe opzichten af van de door C. voorgestane dislocatie, daar ik o. a. rekening hield met de onlangs bevolen gewijzigde legering der veldtroepen. •Ik geef echter mijne meening gaarne voor een betere.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 465