BOEKBESCHOUWINGEN. Het werkje, dat hier voor ons ligt en waarin een kort, doch duidelijk en, naar het ons wil voorkomen, ook volledig overzicht wordt gegeven van de ontwikkeling van ons krijgswezen gedurende nagenoeg een eeuw, levert uit den aard der zaak geen boeiende lectuur op. Daartoe leenen zich de cijfers, op militiecontingenten, minimum maten der landmilitie enz. betrekking hebbende, al even min als de beschouwingen, hoe men van de eene organisatie in de andere overging. Dit neemt echter niet weg, dat het werkje helder geschreven is en zeer de belangstelling waard is van allen onder ons, die nog voeling wensehen te houden met de toe standen in het moederland. De toelichtende beschouwingen, die de schrij ver hier en daar aan zijn geschiedkundig overzicht vastknoopt, leggen getuigenis af van de grondige en ernstige wijze, waarop hij zijn onder werp bestudeerd heeft. Dat zijn werkje in veler handen moge komen. Bed. De ontwikkeling van ons krijgswezen se dert November 1813; door W. E. van Dam van Isselt, eerste luitenant der Veld-artillerie* Leeraar aan de Koninklijke Militaire Acade mie, Haarlem. Yincent Doosjes 1902. De vaarwaters van Poerabaja 1843 1900 Onder dezen titel is eene brochure verschenen van den gepensionneer. den Schout-bij-Nacht H. D. Gmjot, waarin een overzicht gegeven wordt van hetgeen in de jaren 1843 tot 1900 betreffende de verbetering van de vaarwaters naar Soerabaja is voorgevallen en waarvan wij de lezing aan belangstellenden ten zeerste kunnen aanbevelen. De gegevens daarvoor zijn geput uit de nagelaten papieren van den Staatsraad M. H. Jansen die gedurende vijftig jaren voor die verbetering geijverd heeft. Van hem toch gingen de eerste voorstellen tot verbetering uit en tot aan zijn dood, in 1893, werd door de Eegeering in deze letterlijk geen stap gedaan, zonder dat hij daarin was gekend.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 475