- 450 door schepen van ruim 3 d.M. meerderen diepgang dan in 1896 het geval was. Eene verdieping van dat vaarwater zoodanig, dat schepen van 8 M. diepte zullen kunnen binnenkomen, zal echter vermoedelijk met den aanleg van dien dam alleen niet kunnen worden bereikt, zoodat daartoe de uitvoering van andere werken waarschijnlijk nog noodig zal blijken. Werd in het bovenstaande naar den inhoud van de brochure van den gepensionneerden Schout-bij- Nacht H. D, Guyot een kort overzicht ge geven van de geschiedenis van de verbetering der vaarwaters naar Soe- rabajavele lezers zullen zich misschien afvragen, waarom die brochure in het Indisch Militair Tijdschrift wordt besproken. De reden hiervan is dat de diepgang van de schepen, die door minstens één der toegangen Soerabaja kunnen bereiken, in het algemeen samenhangt met de weer baarheid van onze koloniën. De schrijver der brochure zegt dan ook aan het slot: „Eischt ook thans nog het behoud onzer bezittingen het onderhouden „in den Archipel eener aan onze krachten geëvenredigde scheepsmacht „en daaraan valt wel niet te twijfelen dan is het ook met het oog daarop „van het hoogste belang, dat de Soerabajasche zeegaten schepen van grooter „dieptreding toelaten dan met den dam Oedjoeng-Piring-Djamoeanrif alleen „te bereiken is. „Met de afmetingen, waaraan men te dien aanzien voor het tegenwoordige „gebonden is, kan moeielijk meer op bevredigende wijze aan de eischen van „het hedendaagsche oorlogsschip, zooals het voor den dienst in den Archipel „gevorderd wordt, volstaan worden. En het zal zeker niet lang meer du- „ren of men zou, enkel reeds uit dien hoofde, tot verdieping moeten over- „gaan, dan wel genoodzaakt zijn naar eene andere haven voor de vloot om „te zien, „Wij eindigen dan ook met den wensch, dat Regeering en Volksvertegen- „woordiging spoedig de handen mogen ineenslaan om een beteren toestand „in het leven te roepen." Perdjandjian lelang borongan. Tersalin oleh toewan kapitein-inteüdant M. C. Boon. Wel tevreden. Boekhandel Yisser en Co. 1902. Hadden wij het voorecht in de 5de afl. van dit tijdschrift met een enkel woord de aandacht van de lezers te vestigen op een verdienstelijken arbeid door den kapitein intendant M. C. Boon in samenwerking met den luite nant kwartiermeester J. M. Raaij makers verricht, op nieuw moeten wij de belangstelling inroepen voor een pennevrucht van den heer Boon. Waar de „Algemeene voorwaarden en voorwaarden van aanbesteding

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 478