ONDERLINGE ONDERSTEUNING IN GEVAL VAN OVERLIJDEN
VAN OFFIC1ERSECHTGENOOTEN EN WEDUWEN.
Het Nederlandsch-Indische Leger bezit in zijne „Yereeniging tot
„onderlinge ondersteuning van nagelaten betrekkingen" ontegen
zeggelijk eene zeer nuttige, door nagenoeg ieder officier zeer op
prijs gestelde, instelling.
Blijkens artikel 1 harer statuten heeft deze instelling ten doel
bij het overlijden harer leden aan de nagelaten betrekkingen, aan
den boedel of aan vooraf aangewezen personen of instellingen een
zekere som uit te keeren.
Waarvoor deze som moet dienen, zal, geloof ik, wel geene na
dere omschrijving behoeven.
Het Nederlandsche Leger bezit in zijne „Yereeniging van of-
„ficieren tot onderlinge ondersteuning in geval van overlijden"
eene soortgelijke instelling.
Artikel 1 van het reglement omschrijft het doel dier vereeni-
ging als volgt
„Het doel dezer Vereeniging is ieder deelnemend officier van
„het Koninklijk Nederlandsche Leger en van het korps Mariniers
„op weinig kostbare wijze in staat te stellen om bij overlijden
„uitgenomen op het slagveld, of in, of vóór een belegerde vesting
aan zijn betrekkingen een som te verstrekken tot bestrijding
„der begrafeniskosten als anderszins."
De officieren van laatstbedoeld leger zijn echter m.i. zeer te
recht nog een stap verder gegaan.
Naast laatstbedoelde vereeniging toch hebben zij alsnog opge
richt de „Yereeniging tot onderlinge ondersteuning in geval
„van overlijden van officiersechtgenooten en weduwen".
Volgens artikel 1 van het reglement is het doel dezer veree
niging, om bij het overlijden der leden aan hare betrekkingen,
of aan hen, die daartoe in het bijzonder door de leden zijn aan-