610 De soldaat besteedt meer tijd aan op schildwacht staan aan de kazernepoort, een dienst, die hem niets leert dan een afkeer van den dienst te krijgen, dan aan de belangrijke plichten van zijn vak, daaronder begrepen de schietopleiding. Is er iets schandelijker, dwazer of bespottelijker dan dit? vraagt de schrijver. Toch waren we verbaasd, dat onwetende landbouwers, als de Boeren, in staat waren gedurende zulk een langen tijd onze ge oefende troepen te weerstaan. Maar ik zeg u, dat die onwetende landbouwers meer wisten van den oorlog in zijn gruwzame wer kelijkheid dan al onze gedrilde troepen te zamen, met inbegrip van de mannen, die zoo uitstekend vochten bij de Tirah-expeditie en in Soedan. Deze onwetende landbouwers hadden hun geheele leven geleefd in strijd met de wildernis en de elementen. Zij konden in de lucht lezen en kenden de geluiden en teekens van het veld, een gesloten boek voor onze, in steden opgegroeide manschappen. Zij vochten om te verslaan, niet om hun moed te toonen; zij hadden geen opvattingen omtrent de schande van zich de dekken, een denkbeeld, dat, naar ik gaarne constateer, bij onze troepen door de kogels der Boeren is uitgeroeid. Zij vochten om te overwinnen, niet om overwonnen te worden, en zorgvuldig gedekt, lieten ze geen gelegenheid voorbij gaan om onze arme, dappere, er op los stormende Tommies neer te schieten, aangevoerd door officieren even dapper, vol toewijding en zelfopof fering als er ooit waren, maar noodlottig onwetend op het punt van den modernen oorlog, gevoerd met rookeloos kruit, vér schietende geweren en een wakkeren vijand. Het was een geluk voor ons, dat de Boer veel van zijn vroegere be kwaamheid in het schieten had verloren, doch al was zijn geoefend heid verminderd, denk er eens aan, hoe zijn aangeboren terreinken nis, zijn aanleg tot verkennen en gebruik maken van dekkingen, hem in staat stelden ons gedurende maanden op een afstand te houden, en ons bijna de risée te maken van Europa. Indien onze manschappen evenveel tijd hadden besteed aan het schieten als aan de voorbereiding voor inspecties, dan zou de oorlog eerder geëendigd zijn en ons veel minder gekost hebben. De schrijver wijdt vervolgens een hoofdstuk aan de bespreking

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 640