632 Oostenrijksche zijde 64 patronen voor ieder geweer behouden en daarvan werden er, niettegenstaande het handgemeen toen zeer hoog stond aangeschreven, toch nog 51 verbruikt. Tegelijkertijd constateerde men dit schijnbaar zonderlinge feit, dat het lang-< zaam vurende getrokken voorlaadgeweer veel meer patronen ver bruikte dan het achterlaadgeweer, hetwelk een veel grootere uit werking had. Laten wij daartoe de beide volgende veldtochten vergelijken. Veldtocht van 1864. Munitie door de Oostenrijkers verbruikt: 51 patronen per geweer; door de Prui sen 12 patronen (totaal 543484). Veldtocht van 1866. Bij het begin van den veldtocht beschik ten de Oostenrijkers over 137 patronen per geweer; de Pruisen over 164. Men verbruikte in Bobemen 15,6 millioen patronen Lorenz-Podewils en 1.848.536 patronen voor het Pruisische naaldge weer. De verhouding is 649. Wolozkoi („Das Gewehrfeuer im Gefecht" blz. 116) verklaart dit verschijnsel als volgt: „Bij de Oostenrijkers ontstond vrees „voor het snelle vuren dadelijk na het eerste treffen met de „Pruisen, waardoor later eo ipso de indruk van dat vuur nog „vergroot werd en hetwelk bovendien groote verliezen moest „veroorzaken, omdat het op groote troepenmassa's op zeer korte „afstanden werd afgegeven. Deze laatste omstandigheid ver grootte het procent treffers en verkortte daardoor den tijdduur „van het vuur. Dat is de reden, waarom de Pruisische infan terie en zelfs de artillerie in den veldtocht van 1866 zoo wei- „nig patronen verschoten hebben." Het zou interressant zijn om vertrouwbare berichten te kun nen raadplegen over het verbruik (en de aanvulling) van de infan- teriemunitie in den Noord-Amerikaanschen burgeroorlog 1861-65. Het zou dan mogelijk wezen na te gaan, of een niet geoefende troep, die weinig of in het geheel geen vuur- en gevechtsdis cipline bezit, met een achterlaadgeweer veel meer munitie zou verbruiken dan met een voorlader. Y. Voor het verbruik van de 1.848.536 patronen van het naald-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 662