- 107
schaffing ten aanzien van eenig artikel onder normale omstandigheden
verkieselijk is te achten.
Dat overleg met de Indische regeering zal dan niet alleen de boven
bedoelde gewone handelsartikelen gelden, maar tevens de mogelijkheid
om ook de vervaardiging van kleinere ijzerconstructies, welke tot nu toe
nog steeds uit Europa betrokken worden, in Indië te doen geschieden.
Met de zich gaandeweg, vooral op Java ontwikkelende ijzerindustrie biedt
een onderzoek in die richting wel kans van slagen.
Ad 7um. Op zichzelf acht de ondergeteekende dat staatsexploitatie van
spoorwegen voordeelen aanbiedt. Vooral in de koloniën zou hij daarvoor
echter geen regel willen stellen en meent hij dat als de gelegenheid zich
voordoet, elk geval op zichzelf moet worden beoordeeld.
5. Hoewel sedert 1896, omdat de verandering in den staat van zaken
in dit gewest er aanleiding toe gaf, ieder jaar in de Troonrede eene zin
snede aan Atjeh werd gewijd, is er geen reden waarom dit een regel zou
moeten zijn. Evenmin als men er zich aan gestooten heeft dat, bijvoor
beeld in de jaren 1893, 1894 of 1895, in de Troonrede over Atjeh ge
zwegen werd, is er reden om er zich over te verwonderen, dat in de
Troonrede Atjeh niet werd genoemd
Op eene vraag van den Gouverneur-Generaal naar de redenen van wat
in het Voorloopig Verslag eene herleving van het verzet tegen ons gezag
wordt genoemd, heeft de Gouverneur van Atjeh geantwoord, dat de oorzaak
ligt in opruiing door teungkoes tegen de allerwege doorgevoerde registratie
der bevolking met passencontróle en ontwapening, terwijl voorts, door het
voortdurend optreden der marechaussees overal, tot in het hooggebergte
der binnenlanden toe, waarbij houderden wijk- en schuilplaatsen en voorra
den van vijandige benden werden opgeruimd en de vijandelijke elementen
tot in de Gajoelanden werden vervolgd, de benden genoodzaakt werden
om weder in de benedenstreken te zwerven, schuilplaatsen in kampongs
en moerassen te zoeken en stoutmoedige aanvallen te beproeven om aan
wapens en munitie te komen, waaraan gebrek begint te ontstaan. Zooa
blijkt is hierbij van de in het Voorloopig Verslag veronderstelde redenen;
te wetente groote inkrimping der troepenmacht men zie echter wat
naar aanleiding van eene opmerking van dezelfde strekking is gezegd in
de Memorie van Antwoord op het Yoorloopig Verslag der Tweede Ka
mer over de begrooting voor het loopende jaar of verbittering door te
zware straffen geen sprake. De straffen onzerzijds opgelegd bestaan in
geldboeten of inlevering van geweren en het maken van wegen door de
bevolking van strafschuldige landstreken, soms in verwijdering buiten het
gewest; dwangarbeid behoort tot de straffen die door de moesapat, de
inlandsehe rechtbank, wordt opgelegd; Over de redenen, die ons optre-