132 op wien een vonnis wegens diefstal drukt, in hoogste ressort uitgespro ken. En onder die omstandigheden weet hij inderdaad geen middel om beter te doen blijken van zijne deferentie voor het hooger bedoelde vo tum der Kamer, dan het door zijnen ambtsvoorganger aangewende, na melijk de opneming van een hegrootingspost ten gunste van den heer Bosch. Aangaande het bedrag van dien post, meent de ondergeteekende zich te mogen gedragen aan de door den overleden Minister gegeven toelichting. Onderafdeeling 16. Yolgens artikel 1 van het bij Koninklijk besluit van 7 April 1902 No. 32 vastgestelde reglement voor het Koninklijk Koloniaal Militair Invalidenhuis op Bronbeek kunnen, behalve gegageer de of gepensionneerde militairen van het leger in Nederlandsch-Indië, in dat gesticht ook opgenomen worden gegageerde of gepensionneerde mi litairen van de landmacht in West-Indië, zoomede „ten hoogste vijftien" gepensionneerde militairen die bij de Koninklijke Nederlandsche marine, het korps mariniers of wel als gedetacheerd van het leger in Nederland, in de koloniën diensten hebben bewezen op de vloot of bij de landmacht. Neemt men nu in aanmerking, dat een groot deel van hen, die in "West-Indië gagement verdienden, eerst korter of langer tijd in Oost-In- dië gediend hebben, dan volgt daaruit, dat op Bronbreek slechts bij uit zondering gewezen militairen verpleegd worden, die geene diensten in Oost-Indië bewezen hebben. Op 1 November jl. waren er onder de 132 verpleegden niet minder dan 126, die gagement ten laste van de Indische begrooting genietenvan de zes overigen waren er slechts 2 (voormalige West-Indische militairen) die nooit in Oost-Indië gediend hadden; de 4 overigen genoten pensioen als matroos of marinier. De financieele gevolgen van eene verrekening als in het Yoorloopig Yerslag bedoeld wordt, die tot nog toe nooit heeft plaats gehad zouden dus al heel gering zijn; maar de ondergeteekende erkent gaarne de juistheid van het beginsel, dat zoodanige verrekening zou moeten geschie den, en hij stelt zich dan ook voor nader te overwegen wat nog zal zijn te doen om dat beginsel tot zijn recht te brengen. Ylde AFDEELiua. Onderaf deeling 45. De proefneming met draadlooze telegraphie in Indië heeft ten doel na te gaan of het systeem in tropische gewesten niet aan te veel storingen onderhevig is en verder de mechanische constructie der instrumenten, met het oog op de klimaatsinvloeden, te onderzoeken. Het is niet het voornemen, zooals de leden die de hierbedoelde vragen stelden schij nen te meenen, een oorlogsschip bepaaldelijk voor deze proefnemingen naar Indië te zenden, maar wel daarvoor een oorlogsschip geschikt te maken, dat bestemd is om een der thans in Oost-Indië aanwezige bodems te ver vangen. De proeven worden daardoor zoo goedkoop mogelijk. De kosten

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 152