143 - heid zal niet dikwerf kunnen voorkomen, wijl na een goed ver zorgde opvoeding als kind dergelijke eigenschappen zich, zoo niet in wezen, dan toch wel in krachtsuiting ten goede wijzigen, en -daarom een werkelijk verdorven of voor leiding onvatbaar ge moed bij jonge officieren tot de zeldzaamheden kan worden gerekend. Heeft mitsdien de chef, en inzonderheid de eerste compagnies commandant, het voor een groot deel in handen den 2en luitenant tot een bruikbaar officier te vormen, erkend moet worden, dat de dienst zelf deze taak verre van licht maakt. Bijna al onze voorschriften toch worden door den controle- geest dermate beheerscht, dat de handelingen der meerderen, als uitvloeisels dier voorschriften, als van zelf door achterdochten wantrouwen worden geleid. Door velen wordt dan ook de con trole beschouwd als het onmisbare werktuig, om tot goede ver vulling van den plicht aan te zetten, en, evenals dwang en straf, wordt zij aangemerkt, niet als redmiddel, als uiterste, maar als eerste noodzakelijkheid, zonder welke men van geen behoorlijken gang van den dienst verzekerd kan zijn. Het behoeft geen betoog, dat deze meening, zoo geheel in strijd met een juiste opvatting van gezagsuitoefening, noodlottige ge volgen na zich sleept. De drang naar zelfstandig handelen, zich anders op jeugdigen leeftijd zoo veelbelovend uitende, verliest daar door bij den inferieur gaandeweg zijn kracht, en de impuls tot scheppen, tot het verrichten van daden, wordt langzamerhand bij hem tot machteloosheid gedoemd Zoo kunnen we het niet anders dan als een ellendigen toe stand beschouwen, dat de werkkring van den 26n luitenant, bijna nimmer gelegenheid geeft hem eenige vrijheid van handelen te verzekeren. Geen enkele dienst, waarbij de jonge officier het in tellectueel en moreel overwicht op zijne inferieuren kan laten gelden, schenkt hem de vrije keuze omtrent de wijze, hoe tot het doel van eenigerlei maatregel of order te kunnen geraken. Slechts bij enkele kleine kazernediensten laat men hem wel eens geheel zonder toezicht, maar hierbij kan uit den aard der zaak van eigen opvatting betreffende de uitvoering weinig sprake zijn. Alle gevoel van verantwoordelijkheid tegenover zich zelf als man,— een gevoel, dat bij welopgevoede en ontwikkelde jonge-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 165