- 220
wetenschappen, in de Mil. Spectator en Gids, in de leerboeken,
op de Academie in gebruik, overal vindt ge, dat de opinie van
Hollandsche artilleristen „made in Germany" is (1). Nu is het
niet mogelijk, dat een ieder oorspronkelijke ideëen verkondigt en
dat is maar gelukkig ook, want dan zou de warwinkel nog grooter
worden. Maar wij, Nederlanders, zijn altijd zoo prat op onze
talenkennis! Welnu, laat ons daar dan ook gebruik van maken
en ook lezen en verwerken wat Fransche en de zeldzame Engel-
sche schrijvers verkondigen. Wie nog meer talen kent, dien
wordt een nog ruimere gezichtskring geopend. En vooral op ar-
tilleristisch gebied moet men zich niet op Duitschland blind staren,
waar de Fransche buurman al sedert eeuwen de leiding heeft en
zijne artillerie het model is, waarnaar die der andere mogendhe
den gewijzigd wordt. We zullen Gribeauval en anderen nu maar
in hunne graven laten rusten en eenige voorbeelden uit de laatste
20 jaar aanhalen om bovenstaande bewering, die eenigen mis
schien vreemd in de ooren zal klinken, te bewijzen. Nadat in '70
gebleken was, dat de Fransche artillerie, wat materieel betrof
buiten haar schuld, maar ook tactisch ten achteren was geraakt,
heeft zij met groote krachtsinspanning haar plaats aan de spits
weer hernomen. Zij voerde het eerst rookzwakkruit, tijdschok-
buis en schietrem in; zij ging voor bij de afschaffing van gewone
G. en bij de invoering van brisante G.die alleen zij van den
beginne af hun goede bestemming wist te geven; zij beschouwde
het eerst de G. K. als het hoofdprojectiel der veldartillerie, zij
voerde krombaangeschut bij het veldleger in. In 1896 „vergiste"
Duitschland zich en kocht nieuw snellaadgeschut, terwijl in 1897
Frankrijk eene reuzenschrede vooruit maakte, die niet alleen nog
door geen mogendheid is ingehaald, maar waarvan de kolossale
grootte eerst vijf jaar later door de Duitschers begrepen werd.
Wat is er in 't begin in Duitsche tijdschriften gespot met het
nieuwe veldgeschut der Franschen, die „immer irgend etwas Be-
sonderes" (2) wilden hebbenWat waren die Franschen toch naïef
om te velde hydraulische remmen te willen bezigen! Wat wa
ren schilden onnutte, zelfs schadelijke dingen! En nu? Thans
(1) Er zijn natuurlijk uitzonderingen; in de eerste plaats wel kapt. Collette, die onver
moeide voorvechter der Rohrrücklauf.
(2) K. Z. 4-1901.