329 Als schop en bijl denk ik mij die, welke bij de Nederlandsche infanterie in gebruik zijnde schop echter zonder de zaagzijde. Schop en bijl zijn een halven Meter lang; het blad van de' schop is 20 bij 15 cM.; zij worden gedragen in een foudraal, voor zien van een lus, waardoor de koppel of gordel wordt getrok ken. Wat het gewicht aangaat, geloof ik, dat het kapmes zwaarder zal wezen dan schop met foudraal. Als draagbaar pikhouweel denk ik mij het tegenwoordige mo del van verkleinde afmetingen, zoodanig, dat de steel een halven Meter wordt. Het verdere benoodigde pioniergereedschap, als zagen, koevoe ten enz. lijken mij het best geplaatst bij den bagagetrein, daar het toch zelden gebruikt zal worden en het keukenpersoneel daar van nog wel nut kan hebben. Om de gedachten eenigermate te bepalen, wensch ik hieronder aan te geven, hoe m.i. het pioniergereedschap doelmatig over de compagnie zou verdeeld zijn. Bij een Europeesche compagnie; 90 Eur. fuseliers schoppen 16 Idem pikhouweelen 16 Idem handbijlen 1 sergeant majoor 1 fourier 8 sergeanten kapmessen 8 korporaals c. q. marechaus- 3 tamb. en hoornblazers! séesabels. 7 fuseliers (c. q. Inf. Ie kl. I sch. sch.) ieder groepscommandant een wetsteen. Yoor een Amb. of inl. compagnie zou men een schop min der moeten rekenen, aangezien het aantal fuseliers slechts 121 is en bij voorkeur het kader moet voorzien blijven van kap mes dan wel marechausséesabel Hiermede heb ik bijeengebracht, wat m. i. voor de invoering van een draagbare schop in hoofdzaak kan aangevoerd worden Evenwel wil ik er nog met een enkel woord op wijzen, dat de draagbare (Linnemanns) schop dikwijls onbruikbaar werd- genoemd, omdat de oefening in het hanteeren der schop niet hoog genoeg was opgevoerd. Vooral bij toepassing van de pro^

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 351