355
ver gekomen, dat de versterking Ana Gfalong in zuiver O. rich
ting gezien werd.
Door het zwaar begroeide terrein, dat de rechtersectie moest
doortrekken, vorderde de marsch slechts langzaam. Nabij den
hoek, dien de van het Z. naar het N. O. loopende rand van Kliëng
maakt met den N. rand van Lambaroe en Sibreh, gekomen, ont
ving de troep van uit Lambaroe op 300 M. afstand een hevig vuur.
Het gevechtsterrein bestond uit natte sawah's, waarin vrij:
hooge galangan's, zóó modderig, dat men tot over de enkeiser
in zakte. Behoorlijk marcheeren was in dit terrein onmogelijk;
in O. richting werd het terrein afgewisseld door kleine grafheu
vels, waarvan de vijand bij het verder opdringen meesterlijk ge
bruik maakte.
De middenafdeeling onder den patrouillecommandant kwam
onmiddellijk achter de galangans in stelling, de sectie Stak-
man kreeg opdracht zich eveneens achter de galangans en ge
deeltelijk nog in den kampongrand achter een levende pagger
op te stellen, terwijl de sectie Krüger op ongeveer 25 M. links
en 100 M. achterwaarts van die linie positie koos, de ambulance
bij deze afdeeling.
Met groepensalvo's, vizier 350 M., werd 's vijands vuur be
antwoord. Na aldus eenige salvo's te hebben afgegeven, gaf
de patrouillecommandant last in O. richting op de versterking
Ana' Galong terug te gaan. Sprongsgewijze en met zeer kleine
groepen moest deze beweging uitgevoerd wordenhet steeds toe
nemend vuur maakte een anderen marschvorm onmogelijk; de
vijand drong zeer sterk op, gaf niet alleen tirailleurvuur, doch
ook salvo vuur af, terwijl een hoornblazer aan hunne zijde met
signalen dat vuur en ook de bewegingen leidde.
Nauwelijks had de sectie Stakman den kampongrand verlaten,
of de vijand bezette dien en gaf enfileervuur af. Toen begon
nen ook de verliezen te komen. De Europ. fuselier Monden,
No. 34170, werd zwaar gewond en door den officier van gezond
heid van der Meer onder hevig vuur verbonden.
Dwangarbeiders waren natuurlijk niet te vinden, zij hadden
zich met hunne tandoes verdekt opgesteld.
De Europ. fuselier Laurens, no. 19336, en de inl. sergeant
Sokodrono, no. 16938, werden eveneens getroffen. Na verbon-