- 364 - dj oes geplant, de voorraad water en brandhout aangevuld, de borst wering met zandzakken opgehoogd, enz. s' Middags werd het blokhuis op 200 M. van uit de bedekte omgeving beschoten; het mocht de bezetting niet gelukken het in hevigheid toenemend vuur des vijands tot zwijgen te brengen. De mitrailleur werd tot tweemaal toe onklaar; dank zij de vaardig heid en kalmte van den sergeant Zon echter telkens weer hersteld.. Gedekt achter boomen, naderden de Atjehers het blokhuis tot op 75 M., riepen de bezetting allerlei bedreigingen en scheld woorden toe en beloofden vervolgens leven en vrijheid, wanneer de bezetting zich wilde overgeven. Tegen het vallen der duis ternis groeide het getal strijders aanenkelen nestelden zich onder een brug op 120 M. van het blokhuis, waar zij tegen het mi- trailleurvuur vollediger dekking vonden. Van rusten was voor de bezetting geen sprake, s'Nachts te 1 uui 15 hief de vijand in den rand van Lam Raija een ver vaarlijk geschreeuw aan, gelijktijdig viel er een kanonschot. Het projectiel, een granaat, sloeg een groot gat in het voorvlak: van het dak en sprong een eind verder boven den achterwand. 's Yijands versneld geweervuur maakte het ondoenlijk de aangerichte schade te herstellen. Vier van de elf granaten, die de vijand de bezetting had toegedacht, sprongen dien nacht binnen het emplacement van het blokhuis zonder iemand te treffen. De commandant liet alle manschappen, die niet op post stonden, tegen de voorface van het emplacement liggen, en door een Amboineeschen korporaal de harmonica bespelen, waarop de Amboineezen weldra begonnen mede te zingen. De geest van dat kleine aantal manschappen was dus uitmuntend. In de vuurpauze blies de vijand verschillende hoornsignalen o.a. „voor den dokter", vermoedelijk met het doel de bezetting van feenelop naar buiten te lokken. De blokhuiscommandant deed daarom dat signaal telkens herhalen echter gevolgd door een tweede n.l. „afdanken". In Senelop heeft men de bedoeling hiervan begrepen. 2 uur V.M. nam die post de djahats met zijn geschut onder vuur; dank zij die hulp, trokken zij te 4 uur V.M. af, na nog vergeefs gepoogd te hebben, het blokhuis met vuurpijlen in brand te steken. Gewond werd alleen de Amb. marecbaussée Habel, No. 21676.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 388