385 cM. snelvuur Schneider-Creusot, constructie 1898, vijf 7i/2cM. snel vuurgeschut Maxim-Nordenfeldt, constructie 1897, vier en twintig- 3,7 cM. Aut. Maxim geschut (z.g. Pompom), vier 3,7 cM. snel vuur berggeschut van Krupp, acht 12 cM. veldhouwitsers (4 van Krupp en 4 van Schneider-Creusot) en vier 15,5 cM. positie- geschut van Schneider-Creusot, konden de Engelschen hiertegen over wel een veel grooter aantal stukken stellen, maar groo- tendeels van ouderwetsche constructie; de veld-en rijdende ar tillerie b.v. had, hoewel inrichtingen tot remming van den te rugloop aanwezig waren, geen snelvuurgeschut. Een uitzonde ring maakte hun vlakbaan marinegeschut van groot kaliber, ml. 15 en 24 cM; dit was het eerste moderne snelvuurgeschut van groot kaliber, dat te velde gebruikt werd. Dat de Engelschen van dit geschut meer dienst hadden dan van hun lichter veldgeschut, niettegenstaande de mindere beweeg lijkheid, bewijzen wel de verschillende rapporten, die er over zijn uitgebracht. Captain Holmes Wilson zegt: „The naval 12 pounder had consequently all the advantages on its side, and as the pace at which the fieldartillerie moved was seldom greater than a walk, its mobility dit not compensate- it for its lack of shooting power. There were consequently few occasions, upon which the naval guns could not be used, and as they were the only guns, that could equal the Boer artillery in range, it is not unnatural, that they should have supplanted the fieldartillery frequently, and have more confidence placed in them than the latter had." Dit, om te doen uitkomen, dat, van hoeveel belang groote be weeglijkheid der veldartillerie ook moge zijn, de dracht ook een factor is, waarmee men rekening dient te houden. Terwijl het zeer beweeglijke Engelsche veldgeschut een dracht had van 5000 M., bedroeg die van de Boeren 8000 M., waarvan 't gevolg was, dat enkele stukken der Boeren dikwijls Engelsche batterijen op grooten afstand ongestraft en met succes onder vuur kon den nemen. Geen wonder dan ook, dat vele Engelsche officieren de klacht uitten: „was ons geschut maar wat minder beweeglijk en had' het maar wat meer uitwerking".

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 409