423 achteren en 40, waarbij de veeren met opzet gebroken waren. Bovendien werd met gedeeltelijk gevulden remcylinder (tot van de normale hoeveelheid glycerine) gevuurd. Hierbij bleek de munitie door de rijproef niets geleden te hebben. Noch onder de rijproef, noch onder de schietproef werd het stuk gereinigd. Na de schietproef werd het beschoten met het geweer van 7,9 mM. (166 schoten op 450 en 350 M.) en met een snelvuurkanon van 7,5 cM. (18 GK. op 2000 M.). De bediening was hierbij driemaal vernietigd geworden. Niettegenstaande de ernstige beschadigingen kon met het be schoten kanon doorgevuurd worden en gaven eenige seriën snel vuur nog voortreffelijke uitkomsten. C. Dl. I 1903. 28

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 447