469 ■zijn te erkennen, dat de indeider dit ook wel weet, maar toch, daar, waar in ons leger zulke verwarde begrippen omtrent sprei ding, afwijking enz. heerschen, daar had ik gaarne een juistere ■omschrijving van inleiders bedoeling gezien. Tot staving mijner bewering, dat, op zijn zachtst uitgedrukt, vreemde denkbeelden •omtrent spreiding heerschen, dien ik te wijzen op het schrijven van den chef v/h wapen der infanterie omtrent het inschieten der geweren. Hierin werd ons gelast de geweren in te schieten op een schijf van x/2 M. breedte! Geen enkele maatregel was voorts getroffen voor het geval korrels verhoogd moesten worden en toen dit noodig bleek, waren er geen hoogere korrels. Maar hoe is dit alles mogelijk, als men gedacht had aan de wet, die even groote afwijkingen in alle richtingen even groote kansen verzekert. Waar men dus afwijkingen verwachtte en verkreeg van 0,5 M.moest men daar niet rekening houden met gelijke afwijkingen Maar genoeg hierover; het artikel, dat ik hier. omtrent aan het I. M. T. indiende, werd door een samenloop van omstandigheden, onafhankelijk van mijn wil, niet geplaatst. Ik meende echter hierop in het kort te moeten wijzen tot staving van mijne bewering. Nimmer is na te gaan, wat 11 zoo juist vordert, n.l. of de schutter op eenzelfde afstand opvolgend kleinere spreidingen ver kreeg, zegt de inleider. Zeer zeker is dit na te gaan, mits men het middel daartoe maar kent. Ik ben zoo vrij hiervoor te ver wijzen naar mijn artikel in dit tijdschrift jaargang 1901 I bldz. 44: „De waarschijnlijkheidsleer en hare toepassing op het schieten der infanterie naar aanleiding van een artikel van generaal Rohne." Toch moet erkend worden, dat in dit opzicht een leemte bestaat in het reglement, hetwelk niet eischt, dat van den 50%spreidings- straal van ieder man op een bepaalden afstand aanteekening ge houden wordt. Ik zou willen, dat van ieder man bekend was de 50 °/0 spreidingsstraal op de afstanden van 400 en 500 Mdan weet ik tegelijk, of hij in staat is op die afstanden 50 °/0 zijner schoten te* brengen in de borst- of kopschijf, die door hun vier kanten vorm gemakkelijk terug te brengen zijn tot cirkels, zon der iets aan de trefkans te kort te doen. De man blijft 6 jaren dienen. Zouden wij niet in staat zijn in dien tijd zijn 50 °/0 sprei dingsstraal op 400 M. terug te brengen tot de grootte van de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 493