488 der marine) heeft men tengevolge van ravijnen, terreinplooien en begroeide gedeelten op één dag naar ik meen 40 G. verschoten, zonder één enkel waarneembaar springpunt te verkrijgen, terwijl op de andere dagen het procent waarneembare schoten dikwijls gering was. Deze marinevuurmond heeft alleen G.; een ieder was het er over eens, dat een G.K. van zeer veel nut zou ge weest zijn. In het derde geval (Paja Reubeue) was het de bedoe ling, om met G. de dekking te doorboren, teneinde den daarachter opgestelden vijand te treffentoen het bleek, dat het inschieten met G. tot geen resultaat leidde (moeras met hoog opgaand gewas voor en achter het doel), geschiedde dit met G.K. en werd daarna het vuur met G. voortgezet. Waar bovenvermelde bezwaren bij het inschieten in het Euro- peesche terrein weinig of niet aanwezig zijn, vindt men daar omtrent zelden iets vermeld. Yoor het Indische terrein gelden ze echter in hooge mate, en zullen ze bij het aannemen van een G. vuurmond dikwijls de oorzaak zijn, dat de artillerie zich niet kan inschieten en dus hare taak niet vervullen. Het door M. geopperde bezwaar, dat men met G.K. vurende niet in staat zal zijn, om het vuur te controleeren, vervalt bij het gebruik van een tijdschokbuis, als waarvan de G.K. bij het proefgeschut is voorzien. Door de spreiding der springpunten, ook reeds door de normale, krijgt men aanslagen, die springpun- ten worden door de schokinrichtingdeze zullen zichtbaar zijn in de omstandigheden, waarin die van de G. te zien zullen zijn, en benut kunnen worden voor de controle. Een nadeel van de G.K is voorzeker de gevoeligheid van de tijdbuis. De abnormale spreiding zal echter bij de G.K. van modern geschut minder zijn, doordat de lading besloten is in de huls, die deze zeer goed afsluit van de buitenlucht. Eén der oorzaken, n.L het verschil in V„ tengevolge van atmosferischen invloed op de lading, vervalt hiermede. Bij het 7 cM. K. A. materieel, waar de saaien kardoezen geheel los worden meegevoerd in de houten munitiekistjes, is deze oorzaak vermoedelijk zeer groot. (Na den marsch van Nang-Roë naar M. Loeng ter Samalanga expeditie moest 40°/o der kardoezen op het oog worden afgekeurd; of de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 512