523 der grens feitelijk reeds te groot is, en dat het waargenomen schot enkel slechts een gevolg daarvan is, dat het projectiel eene sterke negatieve afwijking heeft gehad. Evenzoo is het mogelijk, dat de grootste opzethoogte der grens feitelijk reeds te klein is. In zulke gevallen heeft men gelijk ik het noem eene schijnbare insluitingdie gewoonlijk tot veel tijdverlies en munitieverbruik leidt. Practicus. Dat is oud nieuws; het is eene bekende omstan digheid, die lang en breed in de tijdschriften besproken is. Ge neraal Rohne heeft daarop voornamelijk de aandacht gevestigd en aangetoond, dat eene zoodanige falsche Gabelbüdung" gelijk de Duitschers zeggen, veel vaker voorkomt dan men wel denken zou. Ge hebt toch ook zijne studiën over dat onderwerp gevolgd? Theoreticus. Zeer zeker, en ik moet er dadelijk bijvoegen, dat de Generaal, zij het ook op vrij primitieve en zeer omslachtige wijze, toch tot vrij nauwkeurige, en in elk geval bruikbare re sultaten is gekomen. Hij is meer artillerist dan mathematicus en het is jammer, dat hij geen betere hulpmiddelen te zijner beschikking gehad heeft. Hij heeft daardoor het vraagstuk niet algemeen, maar slechts voor bepaalde getallenwaarden kunnen oplossen, met behulp van een tamelijk ruwe benaderingsmethode. Ik zal U thans een algemeenen regel aan de hand geven, met behulp waarvan ge de kans eener werkelijke insluiting steeds gemakkelijk bepalen kunt. Hij is wel is waar niet meer zóó eenvoudig als de drie voorgaande, maar toch gemakkelijk te onthouden, terwijl ge bij de toepassingen eveneens slechts eene tabel der waarschijnlijkheidsfactoren noodig hebt. Ge bepaalt namelijk de grootte eener grens, waarvan de waarschijnlijkheids factor gelijk is aan 't kwadraat van die uwer grens. De verhou ding tusschen die beide grenzen is gelijk aan de kans eener wer kelijke insluiting. Practicus. Pas dien regel eens op een voorbeeld toe. Theoreticus. Met genoegen. Laat ons maar een grens nemen van 2 S50; zooals ge in uw tabel zult vinden, hoort daarbij de waarschijnlijkheidsfactor 0,82 't Kwadraat hiervan is 0,6724, en zooals ge zult zien, behoort deze factor bij een grens van 1,45 S50. 1 45 De kans eener werkelijke insluiting is bijgevolg 0,725.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 547