612 Bfj die kruising kan men Arabische hengsten paren aan San- delmerries of wel Sandelhengsten aan Arabische merries. Wel stuit men in het laatste geval op het z.g. bezwaar van het kleiner zijn van den hengst, het vooroordeel echter tegen het gebruik van kleine hengsten is, na hetgeen de Hackney ten toonstelling te Londen in 1900 heeft doen zien, zeer afgenomen. Het is daarbij duidelijk gebleken, dat ook een kleine hengst, als. hij maar zuiver van bouw is, even goed deugdelijke afstamme lingen kan leveren en dat backblood d i. bloed der voorouders, dus de afstamming net zoo goed een waarborg is voor goede afstammelingen als voor een hooge taille. Bij een kruising met Arabieren hebben wij ons fokmateriaal niet alleen te zoeken in de hoogte, maar kunnen wij ook Sandel hengsten en merries van lage taille gebruiken, mits zij zuiver van bouw zijn en geene bijzondere gebreken vertoonen; deze zijn zeker nog in voldoende hoeveelheid te vinden. (1) De hierbij op tredende ondervinding zal wel duidelijk doen zien, in welke lich ting wij zullen moeten voortgaan om binnen een niet al te lan gen tijd tot ons doel te geraken. Blijft men vasthouden aan de gelijkheid van de genoemde dee- len in den mechanischen bouw van het paard, dan kan voor de meest voorkomende afwijkingen vrij duidelijk worden aangege ven, waarin daarvoor een voldoende compensatie te vinden is;: dit zal natuurlijk voor rij- en trekdieren verschillend zijn. Paarden, die niet aan deze voorwaarden voldoen, keure men onvoorwaardelijk af; een verdere keuring met welk gunstig resul taat ook kan het ontbrekende niet vergoeden; alleen wordt ver der gekeurd, als het paard aan de hoofdeischen voldoet. Het groote belang van een dergelijke keuring is, dat in het type van paard meer eenheid dan nu zal komen, onafhankelijk van de conditie, waarin de te keuren paarden verkeeren. De thans hieromtrent geldende bepalingen zijn m.i. van te algemee- nen aard en te weinig bindend. Waar wij onze inheemsche paar- (1) Zoo b.v. een Sandelhouthengst van 4' 41/a", oud 12 jaar te Semarang (eigenaar R. M. Soenario). Dit dier zou, naar mij werd medegedeeld, niettegenstaande zijn leeftijd, nog altijd zeer goed en met succes als dekhengst dienst doen. In hoeverre dit juist is, kan door mij niet beoordeeld worden, maar, waar wij dieren van zulk een taille bijna niet meer aantreffen, dunkt het mij de moeite wel waard, omtrent dezen hengst een onderzoek in te stellen en daarbij vooral op zijne afstammelingen te letten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 618