- 783 ren, terwijl de aldaar aanwezige slokans, voor zoover ten Westen van den weg Pagasangan—Dewa-tempel vóór den Westuitgang van Tjakra Negara, als hindernis van weinig beteekenis waren. Klaarblijkelijk was dit terrein geheel geschikt voor de bewegingen van cavalerie, zoodat men de bewaking daarvan aan dit wapen,, had moeten opdragen. Na aftrek van de hóóg noodige ordonnansen had het detachement stelling kunnen nemen in den Oostrand van den klappertuin ten Zuiden van Poenia, zich gereedhoudende vijan delijke benden, welke zich, over de sawah, van Tjakranegara naar Mataram begaven, in de flank aan te vallen. Van de nadering van zulke benden moesten patrouilles, in Oostelijke richting uit gezonden, tijdig bericht zenden. De klappertuinen, nabij bovenge- noemden weg in de sawah gelegen, boden geschikte waarnemings- punten voor die patrouilles. Ging de cavalerie tot den aanval over,, dan had ze natuurlijk niets te vreezen van Mataram, terwijl het wel mogelijk was, dat ze uit den Westrand van Tjakra Negara be schoten werd, maar hiervan was wegens den voor een inland- schen vijand vrij grooten afstand en hare eigenbewegingssnel heid, door geen groote hindernissen aanmerkelijk vertraagd, wei nig uitwerking te verwachten, vooral als men ten Westen van den weg Pagasangan—Dewa-tempel bleef. Zelfs is het te verwachten, dat de heen en weer rijdende pa trouilles, welke voor den vijand in Tjakra Negara niet verborgen konden blijven, den vijand uit vrees voor onze ruiters wel zouden hebben teruggehouden van bewegingen op het besproken terrein- Bij een gebruik van de cavalerie, als boven aangegeven, had men van de troepen, welke nu de rechtercolonne vormden (2 compag nieën infanterie, 1 sectie veldartillerie, enz.) een nuttiger gebruik kunnen maken door ze in te deelen bij de aanvalscolonne. De com mandant dezer colonne mocht zich, bij zijn oprukken door Mataram, voor de beveiliging zijner rechterflank niet geheel op de cavalerie verlaten; het bleef noodzakelijk eene kleine afdeeling uit de troe pen der colonne aan te wijzen voor de onmiddellijke beveiliging der rechterflank. Trouwens, een dergelijke veiligheidsmaatregel bleef noodzakelijk, ook al werd een detachement infanterie in den Zuidoostrand van Mataram opgesteld, omdat eng verband houden tusschen den rechtervleugel der middencolonne en de rechterco lonne onmogelijk was.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 161