828
Het eerste bezwaar weegt echter het zwaarst. De peilposten nL
zullen steeds van uit hooge punten peilen, waar als regel de ruimte
te beperkt zal zijn voor het uitzetten van een basis. Is de peilpost
op een heuvel met eenigszins breeden top ingericht, dan alleen
zou de afstandmeting mogelijk zijn. Bij gebruik van het richt-
vlak of van den kijker Rooseboom voor de afstandmeting, zijn nog
een paar gevallen mogelijk, welke hierna besproken zullen worden.
Daar ook de patrouilles in vele gevallen van uit hooge punten
hunne peilingen zullen doen, geldt bovengenoemd bezwaar even
eens voor hen.
Leent echter het terrein er zich toe, dan heeft deze methode
zeer zeker het voordeel, dat nu slechts één lijn op de kaart be
hoeft getrokken en op deze lijn de gevonden afstand uitgezet
te worden, om dadelijk de ligging van het doel te weten.
De telemeter Gauthier, welke hier bij de vestingartillerie is
ingevoerd, zou voor de afstandmeting met succes kunnen ge
bruikt worden. Mocht echter niet iedere patrouille in 't bezit
van zoo'n instrument gesteld kunnen worden, dan kan een der
hierna te behandelen methodes toegepast worden, die misschien
ook voor andere doeleinden hun nut kunnen hebben.
I. In de Revue d'Artillerie van Dec. 1901 komt een opstel voor
van den generaal Perein, getiteld„Télémétrie sans télémètre,"
waarin een methode aan de hand wordt gedaan, om met behulp
van een hoekmeetinstrument den afstand tot een zeker punt te
bepalen. In 't kort komt deze methode hierop neer: (zie flg. 4)
Zij A de eigen standplaats en M bet punt, waarvan men den af
stand wenscht te weten. Zij verder R een hulprichtpunt (een ver
verwijderd terreinvoorwerp) en B een punt in de lijn AR gelegen.
Meet men in A den hoek MAR en in B den hoek MBR (3,
dan heeft men, indien AM D en AB 1,
D 1 sin. (3
sin. (13—x)
Nu is de lijn AH 1 sin. /3', indien deze lijn uit A loodrecht
op MB getrokken wordt. Stelt men nu AH AH' (loodrecht
op AM) en sin. ((3—x) (3—x (uitgedrukt in °/00 van den straal),
dan vindt men dus D, door de lengte van AH' te deelen door het
verschil der gemeten hoeken in B en A.
Aannemende een afstand tot het punt M van 2500 M. en voor
