833 Dit neemt niet weg, dat er van de marechaussée veel te leeren valt. Troepen, die met haar gezamenlijk te velde zijn, hebben vrij spoedig hare wijze van optreden beet.behalve sommige personen, die het nooit leeren. In 't laatst van het vorige en in 't begin van dit jaar maakte ik met de 3e compagnie van het 3e Bataljon eenige vredesmar- schen die niet erg vredelievend uitvielen voornamelijk in de "VII moekims Pidië, en rukte toen meestal in vereeniging met marechaussée uit. Zoowel voor officieren als minderen was zulks hoogst leerzaam, waartoe de aangename wijze van medewer ken van den civielen gezaghebber van Padang Tidji, den len lui tenant Veltman, tevens commandant dei' daar gelegerde brigades marechaussée, niet weinig bijdroeg. Zoowel in 't klein als in 't groot werd opgetreden„voor eerstbeginnenden en voor meer ge vorderden", placht Veltman schertsend te zeggen. Tijdens een dier tochten kwam ik toevallig in 't bezit van een boekje; ik meen, dat het getiteld was „fluitsignalen en vecht- wijze der 3e Divisie marechaussée", bewerkt en uitgegeven dooi den majoor der infanterie K. van der Maaten. Het was geschreven voor marechaussee-toestanden en moest dus voor infanterie-gebruik gewijzigd worden. Veel vond ik er in, dat voor infanterie letterlijk kon worden overgenomen, doch ook veel er in achtte ik overbodig, terwijl ik in enkele opzichten een andere zienswijze was toege daan en het mij wenschelijk voorkwam hier en daar er nog iets aan toe te voegen. Aldus de oorsprong van „Fluitsignalen en wenken bij de vecht- wijze tegen den Atjehschen vijand in het jaar 1903." Volledigheidshalve heb ik er commandementsorders enz., waar van de officier te Atjeh op de hoogte dient te zijn, bijgevoegd. Veel komt er m.i. in voor, dat tevens kan dienen bij het optre den tegen eiken inlandschen vijand, dus als leiddraad bij de oefe ningen in vredesgarnizoenen. R. B. M. de Wijs. INLEIDING. Indeeling. De Amb. compagnie is ingedeeld in 8 groepen, ter wijl daarbij in het garnizoen feitelijk nog op een 9de groep, be vattende de tijdelijk ongeschikten, de geëmployeerden enz., te

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 211