850 snellen stroom en de groote breedte. Ook waren de oevers uiterst steil en met hoog geboomte begroeid, terwijl eene patrouille langs deze zijde der rivier nergens een pad kon vinden, dat zou loopen naar kg. Keboen en dat, zooals later bleek, ook niet bestond. Reeds dadelijk na aankomst aan de rivier besloot de col. corndt. om, na overgang daarvan, het det. v. Krieken niet te detacheeren op den linkeroever, daar het terrein een met elkaar in verband marcheeren onmogelijk maakte. Wegens het vergevorderde uur gaf de col. comdt. last om een bivouak te betrekken, dat spoedig ompaggerd en van afdaken voorzien was. Doordat de rivier niet kon worden overgetrokken, zou den vol genden dag langs den linkeroever der rivier worden doorgemar cheerd, om te trachten meer benedenstrooms een overtocht te be werkstelligen. Dien nacht werd van een vijand niets bemerkt, terwijl Pluvius ons evenzoo spaarde. In den morgen van den 18™ rukte de colonne op langs den lin ker Merangin-oevervoorop de gidsen en eenige dwangarbeiders om het pad te kappen, achter hen de col. comdt. die een uitsteken den blik op het terrein bleek te bezitten, vervolgens het det. van luit. Bannink, de genie, het det. van Krieken, ambulance enz. Het pad liep over talrijke ravijnen, zoodat we slechts zeer lang zaam vooruitkwamen. Omstreeks 2 uur werd een ladang bereikt. Aan den overkant was er ook een. Op het hoogste, verst van de kali verwijderde punt werd een bivouak betrokken (Plaat XII bij B in fig. 1), terwijl de genie opnieuw begon te werken aan een overgang. Het bivouak lag ongeveer 500 M. van den rech teroever der rivier, 's Nachts omstreeks 2 uur werden we plotse ling wakker, doordat Djambiërs van den overkant begonnen te schieten. De schildwachten vuurden een paar maal terug, toen en kele kogels in het bivouak terecht kwamen, waarna het schieten ophield. Om 4 uur begon evenwel het vuurwerk opnieuw, doch nu slechts enkele schoten, waarna niets meer werd gehoord. Na het aanbreken van den dag zette de genie hare pogingen voort, maar opnieuw bleek de stroom te machtig, zoodat tegen 11 uur werd opgebroken. Tegen drie uur ongeveer werd een ladang be reikt en in den rand van het bosch, dat deze ladang begrensde, een bivouak betrokken (bij D fig. 1). De vijand liet dien nacht niets van zich hoorentrouwens de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 228