923 Bijlage II. hunne legering op den len Juni 1896. Genie Mil. Adm. Geneesk. dienst TOELICHTINGEN. fa O "5 fH EH O f," s H 5ö O a W "a t—i II 75 29 GO 6 12 1 5 2*5 130 1 1 2 1 1 124 2 2 Onder de hier opgegeven militairen zijn, ten gevolge van verpleging in de hospitalen, ver trek naar elders ter gageerir.g, pasportee- ring enz., detacheering bij de kaderscholen, verwijzing naar den krijgsraad enz. eenige niet beschikbaar, en wel bij het Subsistentenkader 1 Europeaan, bij het 3e Bataljon Infanterie: 4 officieren, 39 Europeanen, 51 Amboineezen. bij het 5e Bataljon Infanterie: 26 Europeanen, 3 inlanders, bij het 6e Bataljon Infanterie: 3 officieren, 30 Europeanen, en 11 Amboi neezen. bij het 7e Bataljon Infanterie: 1 officier, 13 Europeanen, 3 inlanders, bij het 9e Bataljon Infanterie: 16 Europeanen, 5 inlanders, bij het 12e Bataljon Infanterie: 4 officieren, 37 Europeanen, 21 inlanders, bij het 14e Bataljon Infanterie: 9 officieren, 12 Europeanen, 14 inlanders, bij het 15e Bataljon Infanterie: 1 officier, 15 Europeanen, 14 inlanders, bij het le Garnizoensbataljon 1 officier, 22 Europeanen, 22 inlanders, bij het 2e Garnizoensbataljon 17 Europeanen, 34 inlanders.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 301