969 Deze vergunning tot bezit sluit niet in zich het recht tot vervoer. Hiervoor is eene afzonderlijke vergunning noodig. Ongemerkte vuurwapens in het bezit bevonden vanAtjehers en ook gemerkte als daarvan misbruik wordt gemaakt, dan wel aangetroffen op plaatsen waar zij niet behooren, moeten in be slag genomen worden. 13. Op met vuurwapens gewapende benden mag steeds ge schoten worden. Ook mag geschoten worden op enkele gewa pende mannelijke personen als zij vluchten en naar aanroepen niet luisteren. Waar de mogelijkheid daartoe bestaat, moet de voorkeur ge geven worden aan het levend in handen krijgen boven het doo- den van vluchtenden. Bevinden zich onder vluchtende vijanden vrouwen en kinderen, dan moet al het mogelijke gedaan worden om deze te sparen. 14. Bij omsingeling van huizen, waarin zich vijandige per sonen bevinden, moeten deze gesommeerd worden ongewapend naar buiten en beneden te komenweigeren zij aan dezen last te voldoen, dan worden salvo's door het huis gegeven, maar vooraf moeten zich eventueel in die huizen bevindende vrouwen en kinderen in de gelegenheid gesteld worden ze te verlaten. Het daarna doorzoeken van de omsingelde huizen moet met de grootste omzichtigheid geschieden en men er steeds op be dacht zijn, dat het Atjehsche gewoonte is om den door de lage deuren binnenkomenden persoon rentjongsteken of klewanghou- wen toe te brengen op het oogenblik dat hij zich bukt. 15. In eene streek waar de registratie der bevolking vol eindigd is, behooren alle mannelijke ingezetenen 1) voorzien te zijn van een gampoengpas, door het civiel bestuur afgegeven, vermeldende het signalement van den betrokken persoon, voor al merkbare teekenen. Controle dier passen in de gampoengs mag slechts plaats hebben als het civiel bestuur daartoe het verzoek heeft gedaan en moet dan nog met overleg en vermijding van ruwheid ge schieden. Het voortdurend aanroepen van menschen, die men tegenkomt of die aan den veldarbeid zijn, is verboden; alleen als op een 1) Na de besnijdenis rekent een Atjeher tot de volwassen mannen te behooren.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 347