975 Bijlage 15. Militair Commando van Atjeh en Onderhoorigheden Koeta Radja17 September 1902. Nota. Naar aanleiding van den plaats gehad hebbenden diefstal van ge weren (Bahah Lajoeng) en de overrompeling van een schildwacht (Lho Soekoen) wordt thans door mij bepaald, dat des nachts dubbelposten geplaatst behooren te worden op het midden der zijden van het bivouak. Yan deze posten blijft één man op zijn plaats (midden van de zijde), de andere loopt heen en weer tot het midden der volgende zijde. Dit heen en weer loopen moet zoo geregeld worden, dat allen tegelijk naar denzelfden kant gaan en te gelijk weer rechtsomkeert maken tot het uitgangspunt. Zoodoende is voortdurend de geheele buitenomtrek bewaakt. Elke dubbelpost trekt 3 uren op. De verdere wachtregeling wordt aan de bivouakcommandanten overgelaten. Is het zeer donker, dan legt men buiten ieder hoekpunt een wachtvuur aan. Deze vuren laat men door dwangarbeiders om beurten aanhouden. Ter herkenning kan men dien man met flambouw of lantaarn laten loopen. Elk bivouak behoort voortaan omgeven te zijn door een dub bele ijzerdraadversperring. De Militaire Commandant (w.g.) Scheuer.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 353