661
de den voet van Bosmanskop. Ik gaf bevel om de dieren te-
drenken, en dat de manschappen hun veldflesschen zouden vul
len en het gekookte eten nuttigen, dat ze bij zich hadden. Om
1 uur n.m. marcheerde de divisie af naar Watervalsdrift; vóór
den afmarsch zond ik nogmaals een officier naar Broadwood (de-
eerste maal had deze op mijn verzoek, om te komen tot bespre
king van den toestand, geantwoord, dat hij te vermoeid was)
om hem te berichten, wat wij voornemens waren en hem gele
genheid te geven samen te werken, indien zijn manschappen
daartoe in staat waren.
Yóór ik afmarcheerde, ontving ik een telegram van het hoofd
kwartier met bevel met mijn bereden infanterie en de vuurmon
den vooruit te gaan en al, wat ik vermocht, te doen om Broad
wood te steunen.
Te 21l2 uur n.m. ongeveer opende de artillerie het vuur op twee-
Creusotkanonnen, aan de overzijde van de Modderrivier, die onze
bereden infanterie beschoten, doch zich weldra terugtrokken.
Om 8i uur n.m. kwam de voorhoede onder hevig vuur van de
Mausers en tegelijkertijd vernam ik, dat de bereden infanterie
uit de drift had moeten terugtrekken, zoodat we ons den door
tocht zouden moeten bevechten. Ook kon ik waarnemen, dat
een kleine hoogte links van ons front, twee mijl Noordwaarts
van de drift door Boeren bezet was.
Nog bezig met het geven van bevelen, kreeg ik een telegram
van Lord Roberts, dat behalve het bevel om te doen, waarmede
ik bezig was, ook het bericht inhield, dat de cavaleriebrigade
van French mij weldra inhalen en helpen zou om den terug-
tochtsweg van den vijand af te snijden.
Intusschen waren de Boeren teruggetrokken en de overtocht
over de rivier werd nauwlijks bemoeilijkt. Eerst om 5^ uur n.m.
waren alle troepen over en hadden we nog juist den tijd ons
voor den nacht in te richten.
Wordt vervolgd).
v. d. B.