1026 te brengen. Dan gaat het niet aan te zeggen, dat het 4 of 6 c.M. kanon ook wel bruikbaar is want ten slotte is iedere vuur mond bruikbaar maar moet men vragen welke vuurmond de beste is. Indien echter de bergartillerie eens niet een artilleriesoort ware, die beslist noodig is tegen den B. V.? of een artillerie soort, die slechts in enkele gevallen tot haar recht zal komen? Wij gelooven niet, dat men ten onzent de bergartillerie geheel en al zou kunnen missen - het zij echter aan meer met de ver schillende terreinen bekende artilleristen overgelaten hierover te oordeelen, maar wel schijnt het ons overdreven, dat die terrei nen eene verhouding van veld- tot bergartillerie zouden eischen, zooals die nu is of in de toekomst zal zijn. Hiermee zij niet gezegd, dat met een 3 a 4 tal bergbatterijen gewenscht zou zijn, maar, wanneer men slechts 8 batterijen heeft, moet dan de helft daarvan bergartillerie zijn? Deze vraag dient o. i. ontkennend beantwoord te worden. En wanneer men dan erkent, dat hoog stens een tweetal tot de bergartillerie zou mogen behooren, ten gevolge waarvan men in het bezit van 6 veldbatterijen zou ge- laken, dan zal het optreden der bergartillerie naast (niet in plaats van veldartillerie) verminderen en zouden we het 6 c.M. kanon voor haar wenschen. Hoewel men dient te letten op het G. K. schot en dus een grooter kaliber gewenscht zou zijn en de eischen der beweeg baarheid toch altijd nog minder tellen dan bij hun gebruik tegen den I.Y., achten we de Kruppsche bergkanonnen van 7.5 c.M. te zwaar. Deze toch vormen netto draaglasten van 120, 132, 84 en 95 K.G., indien men het kanonterugloopsysteem vergt en van 124, 81.5, 87.5 en 74 K. G., indien men zich met een veeren den schop tevreden stelt. Wanneer het dan allen schijn aanneemt, dat ook bij onze proef- bergkanonnen van 7 c.M. de lasten niet aanmerkelijk van boven genoemde gewichten afwijken, en men de niet te miskennen be zwaren overweegt, die toch zullen blijken verbonden te zijn aan twee geschutsoorten, bezwaren, die men zich zou moeten ge troosten om een vuurmond te verkrijgen met slechts 1 c.M. ka liber meer, dan lijkt mij de beslissing niet onjuist, dat men dan ter wille van eenheid en goedkoopte een zwaarderen vuurmond laat varen en zich ook tegen den B. V. bepaalt tot een 6 c.M. kanon.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 404