1046 overgeeft, is het slot: „Ziezoo, nu staat de kazerne weer voor een week op de plaats rustDe kolonel spreekt hem aan met „mijnheer" en biedt hem op 't rapport een stoel. Moet die man ook nog in de cel? En bij dien adjudant-onderofficier voeg ik de onderofficieren in hoogen rang bij genie en militaire administratie, in de ma gazijnen en op de bureaux. De krijgstuchtelijke straffen voor onderofficieren zouden dan worden a. beperking van vrijheid in uitgaan; b. licht arrest van ten hoogste 21 dagen; c. verzwaard arrest van ten hoogste 14 dagen; d. streng arrest van ten hoogste 14 dagen, altijd gepaard met „vermindering van kost"; e. aanteekening (de straf die kan worden opgelegd ter ver vanging van de straffen onder a, b, c, en d genoemd) f. verlaging g. ontneming van rang; en de bijkomende straf: inhouding van soldij. Art. 5. „De krijgstuchtelijke straffen voor mindere militairen zijn" (M. Sr. 52b): A. Hoofdstraffen. „lo berisping; „2o strafdienst; volgens Kr. 7 ten minste één en ten hoogste „twee uur per dag, gedurende ten hoogste 8 dagen „3o de verplichting om ten hoogste 2 uur voor het avondap- „pel in de kazerne terug te zijn; „4o licht arrest van ten hoogste 21 dagen; „5o verzwaard arrest van ten hoogste 14 dagen; „6o streng arrest van ten hoogste 14 dagen; „7o verlaging in klasse, indien de gestrafte behoort tot een on- „derdeel der krijgsmacht waarbij de mindere militairen in klas- „sen zijn verdeeld; „8o plaatsing in een tuchtklasse (Kr. 18. v.).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 424