1062 opmerking kunnen worden gemaakt, dat een verdediger van Java zich niet achter de Tji Dani zal concentreeren, en dat in werke lijkheid de commandant der tot Tanah Abang vooruitgeschoven brigade niet tot den volgenden dag zou gewacht hebben om het vijandelijk detachement bij Kebajoran gesignaleerd te doen ver drijven, indien inderdaad het voornemen bestond om bij den op- marsch van de spoorbaan gebruik te maken, en indien andere omstandigheden geen beletsel vormden tegen het onverwijld uit zenden van een detachement. Deze omstandigheden konden zijneen nog onvoldoende voor raad vivres, tijdelijk gebrek aan voertuigen of draagkrachten voor het medevoeren der benoodigdheden enz. B. Be Noordpartij Yoor den commandant der Noordpartij moesten, bij het uit geven van bevelen tot het behoorlijk uitvoeren der hem ver strekte opdracht, de volgende overwegingen gelden. De marsch zou plaats hebben door vijandelijk terrein, van daar dat rechtstreeksche beveiliging van de colonne door cava lerie, en van treinafdeelingen, niet bij de troepen marcheerende, door infanterie, noodzakelijk was te achten. Van den vijand was alleen bekend dat een klein detachement den vorigen dag bij Kebajoran bezig was zich te versterken. Omtrent de vraag of dit detachement zich daar nog bevond, dan wel zich reeds weder verwijderd had, verkeerde hij in onzeker heid. Evenmin had hij zekerheid omtrent het doel, dat den vijand tot het inrichten van genoemde stelling aanleiding had gegeven. Het meest voor de hand liggende was wel de veronderstelling in de opdracht medegedeeld en indien deze juist bleek, was de mogelijkheid niet uitgesloten, dat de vijandelijke afdeeling reeds naar een meer verwijderde opstelling zou zijn teruggetrokken. In verband met het 2e gedeelte zijner opdracht was het van groot belang zoo spoedig mogelijk zekerheid omtrent een en ander te krijgen en dit moest in de te geven bevelen duidelijk uitkomen. Voorts moest hij overwegen tot hoever hij zou oprukken, in dien het vijandelijk detachement niet mocht worden aangetroffen. Hij komt nu voor zichzelf tot de slotsom, dat hij niet verder dan tot de k. Angké zal doorgaan, tenzij de omstandigheden hem bui-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 440