1084 - over dat jaar gebezigd de na te noemen in Nederland te ontvangen middelen, te vretenenz. 8. Ontvangsten van civielen of algemeenen aard: a. gagementen, welke door de invaliden in het Koninklijk Koloniaal Militair Invalidenhuis op Bronbeek aan dat gesticht worden af gestaan b. verkoop van kaarten en boekwerken c. diverse. 9. Ontvangsten in betrekking tot het departement van oorlog in Neder landsch-Indië: a. terugbetaling van reis- en kostgelden b. idem van studiekosten c. diverse. 11. Renteloos voorschot van Nederland. Artikel 2. In het bedrag, dat aan de in Nederland en in Nederlandsch-Indië te ontvangen middelen tot goedmaking der in artikel 1 dezer wet bedoelde uitgaven ontbreekt, wordt voor zooveel noodig voorzien door eene geld- leening, krachtens eene nader vast te stellen wet aan te gaan. HOOFDSTUK II. (WET OP DE MIDDELEN.) Oxtwerp van Wet. Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden» Prinses van Oranje-Nassaü, enz., enz., enz. Allen, die deze zullen zien of hooren lezen, saluut! doen te weten: Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat volgens artikel 2 der wet tot regeling van de wijze van beheer en verantwoording der geld middelen van Nederlandsch-Indië Staatsblad 1895 no. 145) de middelen tot dekking der uitgaven, begrepen in de begrooting van Nederlandsch- Indië.jaarlijks bij afzonderlijke wet of wetten worden aangewezen Zoo is het, dat Wij, den Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goed vinden en verstaan bij deze Artikel 1. Tot goedmaking van de uitgaven, begrepen in de beide hoofdstukken der begrooting van Nederlandsch-Indië voor het dienstjaar 1904, worden

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 462