1091 Op het Iste hoofdstuk, onderafdeeling 54f 160 000 en op het Ilde hoofdstuk, onderafdeeling 108, pi. m. 40 000 Onderafdeeling 109, ft2328 800 Samen pi. mf 528 800 Yoor zooveel de verschillen met de raming van het vorige jaar niet in den uitgewerkten staat zijn toegelicht, moge het volgende dienen. Onderafdeelingen 95 en 97. Bij deze onderafdeelingen wordt gerekend op eene wijziging der formatie van het personeel der militaire administratie. Ter versterking van het personeel op het hoofdbureau van dat dienst vak (Vde afdeeling van het Departement van Oorlog) zijn in onderafdeeling 95 meer uitgetrokken de inkomsten van één kapitein-intendant en van één eerste-luitenant-kwartiermeester, bestemd voor het nieuw op te richten bureau „Hulpbronnen en statistiek", waaraan groote behoefte bestaat. Voorts is het noodig de formatie van het korps intendanten te herzien, in verband met de bezwaren, welke worden ondervonden bij de aanvulling der vacatures in dat korps; referte aan pag. 27 der Memorie van Toe lichting betreffende de begrooting voor het jaar 1902. Ten einde, door verbetering van de promotie-vooruitzichten der inten danten, den overgang naar hun korps aanlokkelijker te maken, ook voor officieren van andere wapens, is bij onderafdeeling 97 gerekend op één luitenant-kolonel-intendant meer, tegen vermindering met één majoor intendant. Verder is het, met het oog op de zooeven aangeduide bezwaren in de aanvulling, gewenscht het aantal kapitein-intendanten bij de gewestelijke intendance tot het strikt noodige terug te brengen, en wel door zooveel doenlijk uitbreiding te geven aan den reeds vroeger ingevoerden maatregel, om op de gewestelijke intendance-bureau's de werkzaamheden, die door geschikte kwartiermeesters kunnen worden verricht, aan dezulken op te dragen. Dientengevolge zijn in de onderafdeeling 97 de inkomsten van drie kapitein-intendanten afgevoerd, tegen vermeerdering met de inkomsten van twee kapitein-kwartiermeesters. Overigens is eenige uitbreiding van het aantal onderofficieren-kwar tiermeesters en magazijnmeesters noodig gebleken, ten einde naar behoo- ren te kunnen voorzien in den administratieven dienst bij het leger. In het geheel wordt thans gerekend op eene uitbreiding met: 1 luitenant-kolonel-intendant; 2 kapitein-kwartiermeesters 2 adjudant-onderofficier-kwartiermeesters 2 adjudant-onderofficier-magazijnmeesters, en Dl. II 1903. 71

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 469