1107
die in Nederlandsch-Indië tot de Koninklijke Militaire Academie en de
Cadettenschool worden toegelaten, respectievelijk f 300 en f 600 hooger
geraamd dan het op het YlIIste hoofdstuk der Staatsbegrooting uitge
trokken bedrag.
(60) Het aandeel in de kosten van den Hoofdcursus wordt in over
eenstemming met het VlIIste hoofdstuk der Staatsbegrooting geraamd op
f 52 003. Bovendien wordt eene som van f 700 uitgetrokken wegens
O-ratificatie van den officier-verlofganger, belast met de instructie gedurende
den overtocht van de onderofficieren van het Nederlandsch-Indisehe leger,
die tot den Hoofdcursus zijn toegelaten, alsmede voor reiskosten in Ne
derland van dien officier en de onderofficieren.
(61) Hooger geraamd omdat thans een kapitein, in plaats van een
lste-luitenant, als adjudant is aangewezen en de fourage-indemmteit voor
den commandant berekend is naar den staat voorkomende op bladz. 1058
van het Recueil Militair van 1902.
(62) Het zakgeld van de korporaals- en soldaten-reconvalescenten,
resp. f 0,15 en f 0,10 bedragende, mag voldoende heeten voor hen, die
onder dagelijksche geneeskundige behandeling zijn, maar is te gering voor
hen, die niet meer in de ziekenzaal worden verpleegd. Yoor deze cate
gorie van reconvalescenten ware voortaan het zakgeld op f 0,17 en f 0,11
per hoofd te stellen.
(63; Bij het leger in Nederlandsch-Indië ontvangen de militairen, die
langer dan zes jaar onafgebroken in militairen dienst zijn geweest, eene
verhooging van soldij. Bij de reconvalescenten-afdeeling genieten de oude
re soldaten tot dusver evenwel gelijke inkomsten als hun jongere kame
raden. Tot opheffing van dit verschil in bezoldiging is het gewenscht aan
de oudere militairen eene verhooging van soldij te geven, ten bedrage
van f 0,05 voor een onderofficier, f 0,04 voor een korporaal en f 0,03
voor een soldaat.
(64) Lagere raming hoofdzakelijk doordien voor onderhoud en herstel
ling van de gebouwen minder benoodigd is.
(65) Er wordt gerekend op de uitzending van 2000 man, waarvan
250 man van de Koloniale Reserve.
(66) Dit bedrag is te splitsen als volgt:
voor algemeene aanvulling der oorlogsmagazijnen en gelei
delijke vorming van den oorlogsvoorraadf
ten behoeve van de Atjehtram
voor de aanschaffing van geschut en munitie in het belang
van de defensie van Java tegen een buitenlandschen vijand
voor de aanschaffing van karabijnen, ten einde de vesting
artillerie, evenals bij het leger hier te lande is geschied, van
Dl. II 1903
2 862 000
.1 326 000
160 000