1194: Bij gelijkwaardige bewapening leiden ze tot een nuttig effect, dat verre beneden het maximum ligt, en dus tegenover een goed geoefende tegenpartij tot zware verliezen of de nederlaag. Wat de terreinverkenning betreft gedurende aan- en opmarsch van de artillerie, deze geschiedt, door het zware terrein daartoe genoodzaakt, ook nu al. Doch ze is gebrekkig en geschiedt ten koste van personeel der batterij. Yoor ordonnansendienst zijn de trompetters beschikbaar, maar gewoonlijk niet geschikt. Het behoeft geen betoog, dat bij een goed werkenden verken- ningsdienst een uitstekende ordonnansendienst een eerste ver- eischte is. De wenschelijkheid van invoering van vaste hulpwaarnemers is niet van vandaag of gisteren. Om boven reeds genoemde redenen worden hulpwaarnemers eene noodzakelijkheid, te meer waar hun bij het gebruik van snelvuurgeschut nog een andere taak wacht (surveillance du champ de bataille). Het gebruiken van bereden gevechtspatrouilles kwam tot nu toe niet voor. Op manoeuvres reeds werd dikwijls het gemis daar van bij de in stelling staande artillerie gevoeld, doordat de toe gewezen dekking te zwak was om zich voldoende ver van de artillerie op te stellen, waardoor men tevens bij een aanval op de dekking den vijand in de batterij had. Mocht 't noodig geweest zijn, dan hopen wij hiermede vol doende aangetoond te hebben, dat in het optreden onzer artille rie een schakel ontbreekt. Met het thans ingedeelde personeel kan niet meer gedaan worden dan in de voorschriften staat en nu gedaan wordt. Yoor een goed gebruiken van ons aanstaande snelvuurgeschut, en voor het rekken van den weerstand met onze 7 c.M. L. A. (K. A.) tegen eene natuurlijk moderne B. V, artillerie, is het noodig dat de artillerie beschikt over afzonderlijkuitstekend ge oefend en bereden personeel voor terrein- en doelverkenning, hulp waarneming en wat daarmede gepaard gaat, gevechtspatrouilles en ordonnansendienst. Op de organisatie en opleiding zal later teruggekomen worden. Alvorens elk der verrichtingen afzonderlijk na te gaan, nog eenige noodzakelijke ophelderingen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 574