1199
zijden; in stelling staande naar gelang van het terrein, maar
doorgaans op de flanken en in den rug.
De taak dier patrouilles is: tijdige waarschuwing bij gevaar.
Dit voor oogen houdende, is in verband met het terrein de
sterkte van en de afstand waarop de patrouilles worden uitge
zonden bepaald.
Niet eens is men het over het hiervoor aan te wijzen perso
neel. Alleen Oostenrijk schijnt hiervoor personeel van den ge-
vechtstrein te bestemmen. Dit laatste schijnt de beste oplossing.
Men heeft het weinige verkenningspersoneel zóó noodig, dat
dit pas bij uiterste noodzaak voor de beveiliging moet gebezigd
worden. Ten allen tijde is het wenschelijk voor den art. cdt.
om tenminste één patrouille van het vaste verkenningspersoneel
in reserve te hebben, terwijl de overigen als doel- en terrein
verkenners in functie zijn.
Wat betreft de uitvoering der beveiligingzoowel bij in bewe
ging als in stelling zijnde artillerie trachten de patrouilles uit
zicht gevende punten te bezetten. In het eerste geval worden
die punten verlaten als de colonne voorbij is en wordt daarna
in snellen gang een volgend punt bezet.
Ad 2. Is hierbij de doel verkenning gelukkig werkzaam geweest,
in den zin als later zal aangestipt worden, dan kan deze ver
kenning zich bepalen tot het meest eenvoudige. Een der menschen
van de doelverkennerspatrouilles kan nu nl. als gids optreden.
Is dit niet het geval, dan zal de opmarschweg verkend moeten
worden en dan hoe vroeger, hoe heter. Is de niet verkende
opmarschrichting tijdig bekend, dan kan een officier met de
verkenners snel vooruit worden gezonden.
De stellig te geven opdracht en de wijze van uitvoering zullen
geheel afhangen van den verkregen voorsprong, het aantal te ver
kennen wegen en den beschikbaren tijd (of de opmarsch bv. naar
de vuurstelling, eene voorbereidende stelling enz. plaats heeft).
Regels zijn hiervoor niet te geven. Het beste is natuurlijk,
dat genoemd officier meer dan één weg laat onderzoeken op
zijne bruikbaarheid, de mogelijkheid van gedekten opmarsch
en eigen verrassend optreden. Zijn er gevaarlijke punten in
den gekozen weg, dan treden de gevechtspatrouilles voor de
beveiliging op. Gaat de art. cdt. van den aanvang af mede