1224 niet bepaald bij de gevechtsbatterij moeten zijn van den aanvang af op den linkerrivieroever zullen moeten blijven. De gemeenschap tusschen de batterijstellingen en de terugtocht daaruit kunnen plaats hebben zonder dat dit door de tegenpartij kan worden opgemerkt, terwijl ook de juiste opstelling der vuurmonden niet door hem zal kunnen worden waargenomen. Zoodra de bevelhebber zich, door de verkenning, een juist denk beeld omtrent het inrichten der stelling heeft gevormd, geeft hij last tot de uitvoering daarvan over te gaan. Yoor de infanterie worden aan weerszijden van de spoorbaan loopgraven aangelegd, waarin aan elke zijde ruimte voor 1 h 2 compagnieënin of nabij de N. en O. randen van Tanah koesir- N. en ten Z. W. daarvan der gelijke werken voor afdeelingen onderscheidenlijk ter sterkte van 1I2 en een geheele compagnie. Zoo mogelijk moeten de ingravingen gelegenheid bieden daaruit in staande houding te vuren. De uit gegraven grond kan ter hoogte van enkele d.M. als dekking wor den gebezigd, verder wordt hij over het terrein verspreid. De artillerie werpt haar eigen dekkingswerken op. Yoorts maakt zij op korten afstand van de stellingen de noodige waar nemingsposten, waarvoor gebruik gemaakt wordt van de in de nabijheid staande hooge boomen. De hulpverbandplaats wordt opgesteld in het landhuis Pon dok petoeng, waar voorloopig ook de geneeskundige sectie haar intrek neemt. Naast de bestaande overgangen nabij het landhuis en in kam pong Paboearan worden eenige loopbruggen voor infanterie gesla gen. Maatregelen worden getroffen om de bestaande, zoowel als de te maken bruggen, snel te kunnen vernielen. Yerder moeten in het voorterrein opruimingen geschieden op zoo uitgebreid mo gelijke schaal. Het streven moet bestaan deze minstens te doen omvatten Alle heggen aan de Zuidzijde en buiten de vooruitspringende gedeelten aan de Oostzijde van kampong Paninggarandie aan de West- en Zuidranden van kampong Kebajoran; die nabij het landhuis Gandaria; die aan de Westzijde van kampong Doekoe en ten slotte het stukje begroeide terrein 300 M. ten N. van kampong Tanah koesir- N. Heeft men de beschikking over meerdere werkkrachten, dan

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 604