1226 vechtstrein over de manschappen te verdeelen. Yoor het tijdig aanvullen daarvan moeten maatregelen worden getroffen. In de onderstelling dat de uitgezonden cavalerie in den loop van den dag van den vijand niet meer heeft ontwaard dan een deel van diens veiligheidstroepen en enkele patrouilles, keert dit wa pen, ingevolge hare opdracht, tegen het invallen der duisternis naar de stelling terug. Hier wordt haar een onderkomen aan gewezen in de kampong ten W. van het landhuis Pondok pe- toeng, dat te voren in gereedheid is gebracht en waar alles wat noodig is voor de verpleging van menschen en dieren reeds aan wezig zal zijn hij hare aankomst. De cavalerie beveiligt haar bivouak door het uitzetten van enkele posten. Hoewel de nabijheid des vijands aanleiding zou kunnen geven om de cavalerie ook gedurende den nacht in het voorterrein te laten, eischt de geringe getalsterkte van dat wapen, dat niet dan bij hooge noodzakelijkheid aldus gehandeld wordt. Die noodzakelijk heid nu bestaat in het onderhavige geval niet, omdat het terrein vóór de stelling van dien aard is dat een ernstige onderneming- des vijands niet onopgemerkt kan blijven indien de vooruitge schoven infanterieafdeelingen hunne taak naar behooren vervul len en omdat de in de stelling gelegerde troepen slechts weinig tijd behoeven om zich voor het gevecht gereed te maken. In den vroegen morgen van den 14en Augustus zal de cavalerie weder gereed moeten zijn om een deel van den veiligheidsdienst op zich te nemen. Eene patrouille krijgt de opdracht om de we gen van Tanah Abang over Pal merah naar de stelling waar te nemen, van een opmarsch des vijands langs die wegen tijdig kennis te geven en zijne sterkte uit te vórschen, en om de ter ver nieling voorbereide overgangen in het weggedeelte Pal merahPe- toendoean tijdig onbruikbaar te maken. Eene tweede patrouille ont vangt dezelfde opdracht ten aanzien van den weg Tanah Abang Mampang en het terrein ten W. van de Kroekoet, terwijl eene der de patrouille beide oevers van de Pasanggrahan zal waarnemen. Vóór den afmarsch wordt de cavalerie in kennis gesteld met het voornemen van den bevelhebber om te 12 uur 's middags de stelling te ontruimen en achter de Tji Poetat terug te gaan. In

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 606