708
aan toewijding en tact ontbreekt. Niet meer voor een gesloten
troep is de plaats, niet meer het barsch uibstooten van com
mando's is het middel, om fermiteit te toonen en den soldaat
van den tegenwoordigen tijd op te leiden. Paedagogische bedre
venheid, hier natuurlijk vrij van alle boekengeleerdheid, is al
mede een van de eerste eischen, die heden ten dage aan het kader
moeten worden gesteld, daar zij voortaan de mate van gezagser-
kenning door den inferieur voor een niet gering deel zal afmeten.
Men zal ons hier wijzen op de onmogelijkheid, om in enkele
maanden de aspiranten tot onderwijzers te vormen in den geest,
zooals wij dit bedoelen. Volkomen terecht. Evenmin als men nu
met behulp van het nog steeds gangbare drilsysteem reeds vol
maakt geschikte instructeurs van de kaderschool verkrijgt, zal
men dan door middel van het door ons aanbevolen stelsel reeds
dadelijk in alle opzichten bruikbare onderwijzers machtig worden.
.Zoowel het eigenlijke drillen als het hierbedoelde onderwijzen
kan alleen bij den troep worden geleerd. Maar, dit vergete men
niet, aan de kaderschool moet het zaad zijn uitgestrooid en tot
ontkieming gebracht. Een door deze inrichting afgeleverd aspi
rant moet begrijpen, en hij moet dit reeds diep beseffendat hij
zijn fermiteit in nog heel wat anders heeft te toonen dan in
■een stijve en stramme houding, of in een stuursch en norsch
uiterlijk. Het zij hier nog eens gezegd, de soldaat van den tegen
woordigen tijd laat zich daardoor niet meer intimideeren. Deze,
•door het Reglement van Krijgstucht gedwongen tot het onmid
dellijk opvolgen van bevelen zonder tegenspraak, wenscht de
gronden te kennen, waarop de over hem gestelde machtsuitoefe
ning berust, en te beklagen is de krijgstucht, wanneer met dit
verlangen, zoo geheel menschelijk, en dus uit natuurlijke beweeg
redenen voortspruitende, geen rekening wordt gehouden. En nu
is juist het toepassen van paedagogische kennis bij het onderwijs
geven zoo uiterst geschikt, om het kader in de gelegenheid te
stellen zijn geestelijk overwicht te toonen en door den soldaat
te doen erkennen. Geen uitgebreide theoretische kennis wordt
daarvoor vereischt, maar wel: menschenkennis en tact. Zoowel
het een als het ander is ook dit weten we niet op de school
banken te leeren, maar een schromelijk verkeerde richting neemt
•de opleiding tot meerdere aan, indien men dit niet inziet, en van