1007 Leiddraad voor het straffen van officieren wegens schulden. Het ondervolgende uit een oud archief, waarin het als een niet geïn ventariseerd stuk voorkwam,moge hier merkwaardigheidshalve een plaats je vinden. Jammerof misschien wel gelukkiggenoeg kon niet meer nagegaan worden van wanneer het stuk afkomstig is. Opgave van de bij het Departement van Oorlog tot dusverre gevolgde beginselen bij het straffen van officieren wegens schulden. Als beginsel was aangenomen alleen dan te straffen, wanneer de ge vraagde korting werd verleend. Voor de meerdere of mindere zwaarte der op te leggen straffen werd steeds geraadpleegd de hierbij gevoegde opgave Letter A. Die opgave werd echter niet als tarief beschouwd; dikwijls deden zich gevallen voor, dat van den gewonen weg moest worden afgeweken. Zoo gebeurde het dat bij het verleenen van korting niet werd gestraft, of dat, al naar gelang van verzwarende omstandigheden, strengere straf fen werden opgelegd dan in de opgave Letter A. zijn aangegeven. In den regel werden officieren, die voor de eerste maal uit Nederland kwamen, niet gestraft wegens aldaar achtergelaten schulden. Op hen, die van verlof uit Nederland waren teruggekeerd, werd dat beginsel echter niet toegepast, omdat zij geacht werden de ter zake in Indië vigeerende bepalingen te kennen. Vereffenden de officieren de schuld vóór de gevraagde korting was ver leend, dan werd in de zaak berust en dus niet gestraft, tenzij verzwa rende omstandigheden aanwezig waren. Wanneer de schuld ontstaan was door den aankoop, zoowel vau noo- dige als onnoodige zaken, werd zij steeds beschouwd als geheel te zijn ontstaan door den aankoop van die artikelen, welke in de rekening het grootste geldswaardige bedrag vertegenwoordigden, en diensvolgens de straf bepaald. Hoewel voor societeitsschulden geen korting mag verleend worden, werden de betrokken officieren daarop toch gehoord en bij erkenning gestraft. Ook omtrent andere schulden, waarvoor om verschillende redenen geene korting mocht verleend worden, werden de debiteuren gehoord. Alleen wanneer zulk een schuld compromittant was werd straf opgelegd. Officieren, die zich bevonden voor den Raad van Onderzoek, of wel te recht stonden voor den krijgsraad, werden c.q. eerst gestraft, wanneer zij weder dienst presteerden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 385