INHOUDSOPGAVE. (Afl. 712.) Over de zedelijke vorming van het kader; door DucimusBlz. 635, 707. "Wat leert ons de Zuid-Afrikaansche oorlog; door v. d. B. "Vervolg van blz. 515. Met plaat VII en VIII. 617, 761, 982. Een en ander over het marcheeren en het in stelling komen der veldartillerie tegenover een buitenland- schen vijand; door Ch. Kiès, le luit. der art.. 662. Een vergelijkende reglementenstudie, getoetst aan de practijk; door H. C. de Waal, le luit. der cav. 671. De nieuwe afstandsmeter van Fuess volgens het sys teem van von Zedlitz en Bickeidoor A. F. H. met plaat IX687. De financieele positie van den Indischen officier door J. A, Vink. gep. kolonel692. Een andere lezing van art. 87 R. L. dan die in „De Rechtspleging bij de landmacht en de getuigen ver- hooren", voorkomende in de 5de aflevering v/h I. M. T. jaargang 1903; door Roelofsma, 2de luit. der inf.696. Groot-Atjeh van 1 Januari tot 20 April 1896 door A. Kruisheer. Met bijlagen. Vervolg van blz. 570. 718, 899. Eenige opmerkingen over de manoeuvresin 1902 nabij Batavia gehouden; door B. O. T772. De aanval op Mataram op 29 September 1891; door P. C. J782. Het veldkanon van 5 e.M.door S788. Moeten de kisten van alle reizende militairen beneden den graad van adjudant-onderofficier worden ver zegeld? door Jan Olie790. De plaatsbepaling; door L A. M. Willemse. Met plaat X811. Fluitsignalen en wenken bij de vechtwijze tegen den inlandschen vijand in het jaar 1903; door R. B.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 9