99
reeds zou moeten worden overgegaan, nu de finaneieele omstandigheden
er toe genoopt hebben, zelfs noodiger zaken tot betere tijden uit te stellen.
Aan het totstandbrengen van de DuiDch-Nederlandsche kabelverbin
dingen wordt voortdurend gearbeid. In de eerste helft van dit jaar heeft de
oplooding van de kabeltracés plaats gevonden en onderwijl zijn, met aan
vankelijk niet onbevredigend gevolg, de onderhandelingen voortgezet met
de kabelmaatschappijen, aan wier lijnen aansluiting moet worden verkregen.
Vilde Afdeeling.
Onderaf deeling 52. Ten aanzien van de vraag of en, zoo ja, op welke
wijze, meer verband zou zijn te brengen tusschen het koloniaal werfdepot
en de koloniale reserve, waarbij uit den aard der zaak eene mogelijke
scheiding tusschen de werving van Nederlanders en vreemdelingen zal zijn
te overwegen, is de ondergeteekende nog niet tot eene conclusie kunnen
geraken. Eerst eenige weken geleden heeft hij tijd en gelegenheid kunnen
vinden om zoowel Harderwijk als de beide garnizoensplaatsen der kolo
niale reserve, Nijmegen en Zutphen, te bezoeken, en daardoor heeft zich
ook bij hem de overtuiging gevestigd, dat het valide gedeelte der koloniale
reserve dringend behoefte heeft aan beter logies. Het voornemen bestaat
om te dier zake bij de indiening van de begrootingen voor 1905 de noo-
dige voorstellen te doen.
Onderaf deeling 54. De aanzienlijke bedrageD, die jaarlijks moeten wor
den besteed aan het onderhoud der levende strijdkrachten maken het der
Eegeering tot een duren plicht zorg te dragen, dat het nuttig effect van
de aldus bestede gelden tot zijn maximum worde opgevoerd. De door het
legerbestuur voorgestelde bewapening van de vestingartillerie met het in
1895 ingevoerde juistheidswapen uit dit oogpunt beschouwende, meent de
ondergeteekende, dat inderdaad niet langer gewacht mag worden met deze
aanzienlijke verhooging van de weerkracht des legers, die wel is waar
een offer in eens van de schatkist vordert, maar de jaarlijks terugkeerende
uitgaven voor het kostbare wapen der artillerie tot aanzienlijk meer nut
zal doen strekken.
YlIIste Afdeeling.
Onderaf deeling 59. De machinekamerbehoeften voor de Friesland zijn
bestemd tot magazijnsvoorraad voor dien bodem, alzoo om in Indië ver
strekt te worden al naar gelang er door verbruik aldaar van den aan
boord aanwezigen voorraad behoefte aan ontstaat. Op grond van art. 5,
sub d van het Koninklijk besluit van 27 Juli 1896 Staatsblad No. 141)
behooren mitsdien deze behoeften ten laste van de Indische begrooting
gekweten te worden.