118
wordt het beeld eerst afgedrukt op scheikundig bereid albumi-
nepapier, zijnde papier dat met eene dunne laag albumine (ei
wit) overdekt is en dat licht-gevoelig gemaakt wordt door het op
twee achtereenvolgende dagen aan eene zijde te laten drijven
op een bad, bestaande uit een mengsel van dubbel chroomzure
kali met gom, en het dan te laten drogen, waarna het den der
den dag voor gebruik geschikt is. Door de inwerking van het
licht op de zich alsdan op het papier bevindende chroom-eiwit-
gom verbinding, verkrijgt deze laatste ter plaatse de eigenschap
om bij aanwezigheid van water vette verfstoffen vast te houden.
Dadelijk na het afdrukken wordt nu de afdruk met eene spons
zoo gelijkmatig mogelijk met niet te dunne, vette overdrukinkt
ingewreven en, nadat de inkt gedroogd is, met de rugzijde op een
lauw waterbad (3848° C.) gelegd. Dit water wordt nu door
de niet belichte gedeelten die hunne eigenschap om in warm
water op te zwellen behouden hebben opgezogen, de lijmstof
aldaar zwelt op en stoot bij de nu volgende bewerking: afwrij
ven van den afdruk met een sponsje met koud water, de op die
gedeelten aanwezige inkt af, zoodat zij gemakkelijk verwijderd
kan worden. De verlicht geweest zijnde gedeelten zijn hard en
■de daarop aangebrachte inkt blijft daarop zitten, zoodat, wanneer
de afdruk thans op een goed vlak geslepen lithographische steen
gelegd en onder de steendrukpers doorgehaald wordt, het posi-
.tief spiegelbeeld op den steen komt.
(Wordt vervolgd.)
J. B. Snepvangers.