313
mogen dragen, samenwerking en gehoorzaamheid aan de opperste
leiding en oordeelkundige oefening onafwijsbare eisehen zijn. Niet
ieder lichaam mag een oorlogje voeren op eigen houtje en de
tegenpartij kwetsen waar het zulks goeddunkt. Het beginsel moet
zijn, dat zij optreden in nauw verband met de andere troepen en
volgens de ontvangen instructies of bevelen van den opper
bevelhebber. Juist de Transvaalscbe oorlog levert het bewijs, dat
het willekeurig optreden der commando's, zonder eene algemeene
leiding, nuttelooze krachtsverspilling is. Eenheid vap handelen
behoeft nog geen optreden in groote bijeengevoegde massa's te
zijn. Dit is 't juist, wat de meeste niet-militairen vergeten. Het
voeren van den kleinen oorlog, de guerilla, is evengoed een kunst
als het voeren van den grooten oorlog en in vele opzichten een
grootere, waar van het beleid der aanvoerders zooveel meer
wordt geëischt.
Vormen landweer en landstorm een hulp voor het leger, als-
aanvulling voor geleden verliezen zijn ze, althans in 't begin
van den oorlog, minder geschikt.
Is in een militieleger de reserve vanzelf aanwezig in de met
groot verlof zijnde miliciens, voor toestanden als in onze koloniën
moet naar andere middelen om een reserve te scheppen wor
den omgezien. Veel is over eene legerreserve reeds geschreven,
terwijl door den kap. v/d gen. staf W. R. de Greve, in zijne
lezing over de verhooging der weerkracht van Ned. Indië tegen
een aanval van buiten (Krijgswetenschap 1901 1902), krachtig
voor de vorming er van gepleit is.
Toch vrees ik dat vrije toetreding niet veel zal opleveren als
de geldelijke steun niet hooger wordt gesteld.
Doch waarom de verbandakten niet gewijzigd? Wanneer als
beginsel wordt aangenomen, dat elk verband omvat een diensttijd
bij het leger en een kleineren bij de reserve, dan is m.i. daarmede
de moeilijkheid opgelost. Nu komen natuurlijk tal van bijzon
dere regelingen. In de eerste plaats hoe te handelen bij een nieuw
verband? Hiervoor zijn twee oplossingen. Is het eerste actieve
verband verstreken en kan de man zich pas na zijn diensttijd bij
de reserve weer opnieuw verbinden, dan is de Staat verplicht hem
gedurende zijne indeeling bij de reserve gedeeltelijk te onderhou
den, daar de reservist niet zoo spoedig eene goede betrekking in