488
verschijnsel waagt de hoogleeraar zich niet, omdat deze zaak
niet aan berekeningen kon worden onderworpen.
De som der aan kinderen van weduwen en hertrouwde we
duwen uitgekeerde gratificatiën verminderde van f 46840 in
1897, tot f 38456 in 1902 en de aan weezen en kinderen uit
vorige huwelijken uitgekeerde onderstand van f 33533 in eerst
genoemd tot f 22369 in laatstgenoemd jaar.
Y.