Geef acht op de bewegingen van de wilde dieren: hoe de
tijgersoorten, hun prooi besluipende, zich verbergen bij de na
dering van of vluchten voor een gevaar, want 't zal bij het
opsporen van groote waarde zijn. Het is zoo'n aangenaam en
nuttig tijdverdrijf. Van alle zijden weerklinken geluidenhet
geschreeuw van het hert, het gekrijsch van den pauw, de een-
toonige roep van den koekoek en het voortdurende gekriek van
de gicada—en breken de eenzaamheid der wouden.
{Slot volgt.)
Kooij.