546 Wèl leert de soldaat aldus zijn tegenstander behoedzaam en voorzichtig te naderen En tegenover den inlandschen vijand? Ik weet, dat dolle stormtactiek is af te keuren, maar als bv. eene stelling is verkend en de bevelhebber weet, hoe ze aan te pakken, dan geen enkel onnoodig schot, geen enkel oogenblik van aarzeling meer, maar rechtop en rechtvooruit den vijand te lijf met overdonderende onstuimigheid. Wie dan voorzichtig is, is laf! Ook dit dient de soldaat te leeren en het zal dus noodig zijn, hem goed te doen voelen waarom hij in het eerste geval zoo geheel anders moet handelen. Hoeveel Europsesche, laat staan inlandsche, fuseliers kunnen zich een denkbeeld vormen van den projectielenregen uit mo derne vuurwapenen En toch moeten ze hiervan een goed begrip hebben, vóór men ze oefent in handelingen, die verondersteld worden in zulk vuur plaats te hebben. Immers het is thans een gebiedende eisch, dat bij alle oefe ningen de soldaat zelf denkt, iets van den algemeenen toestand afweet en dat hij verneemt en begrijpt het waaróm van al zijne handelingen. Men zal hem het vlugst doen inzien, wat geweer- en kanonvuur beteekent in den hedendaagschen strijd, door hem voor te lezen sober maar pakkend beschreven episoden uit de jongste oorlogen. Maar hoe lastig is daarna nog het leiden der oefening en hoe zeer is het nut daarvan afhankelijk van het optreden van den leider! Wil eene oefening voor allen vruchtdragend zijn, dan dient zij ook door alle deelnemers met opgewektheid te worden verricht en deze stemming is soms van den aanvang af bij den troep bedorven door het norsche dienstgezicht van den comman dant, zijn ongemotiveerd gevloek en zijhe kleinzielige aanmer kingen op richtingen, stilstaan en d. g. Verg eens van Europeanen, die aldus met tegenzin beginnen, dat zij over 800 meter zich kruipend naar 's vijands stelling be wegen, elk terreindeeltje tot het uiterste benutten en zij bij elk schot zich moeite geven, om de kopdoelen van den verde diger in het vizier te nemen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1904 | | pagina 562